Koninklijke Wandelbond Nederland: Een belangrijk initiatief voor actieve leefstijl
juli 11, 2025
Het inburgeringsexamen is een essentieel onderdeel van het inburgeringsproces in Nederland. Het is bedoeld om te beoordelen of nieuwkomers in Nederland voldoende kennis hebben van de Nederlandse taal, cultuur, maatschappij en arbeidsmarkt. Het examen bestaat uit meerdere onderdelen, waaronder het lezen, luisteren, schrijven, spreken, kennis van de Nederlandse maatschappij (KNM), en deelname aan het Participatieverklaringstraject (PVT). De examens worden georganiseerd door DUO, de Dienst Uitvoering Onderwijs, en zijn van belang voor zowel de inburgeringsplichtige als de gemeenten die het inburgeringsproces begeleiden. De inhoud van het examen is geregeld in de Wet inburgering 2021 en de bijbehorende regelingen. In dit artikel worden de verschillende onderdelen van het inburgeringsexamen, de rol van DUO bij de examenafname, en de vereisten voor het volgen van de verschillende leerroutes uitgebreid besproken.
Het inburgeringsexamen bestaat uit meerdere onderdelen, die op verschillende niveaus worden afgenomen. Volgens de Wet inburgering 2021 moeten inburgeringsplichtigen in principe niveau B1 halen, tenzij ze onder andere voorwaarden voldoen. De belangrijkste onderdelen zijn:
De taalvaardigheden omvatten lezen, luisteren, schrijven en spreken. Deze onderdelen worden op niveau B1 of hoger afgenomen. Voor inburgeraars die nog geen B1-niveau hebben, is ook het niveau A2 toegankelijk. De examens op niveau B1 en B2 zijn gebaseerd op het Europees Referentiekader (ERK), dat wereldwijd wordt gebruikt voor het aanleren van een vreemde taal. De examens worden op de computer afgenomen en kunnen op verschillende locaties in Nederland worden gedaan. Voor de B1- en B2-examens geldt dat er vaste dagen zijn waarop de onderdelen worden geëxamineerd. Voor de onderdelen op A2-niveau kan een deelnemer door een andere afnamewijze flexibeler kiezen en soms ook meerdere onderdelen op één dag inplannen.
Het KNM-examen is bedoeld om inzicht te geven in de Nederlandse samenleving. De inhoud omvat onderwerpen zoals de Nederlandse gewoonten, het onderwijssysteem, de gezondheidszorg, het woningbouwbeleid, geschiedenis, en geografie. Het examen bestaat uit 40 meerkeuzevragen en is in het Nederlands. Je moet 26 vragen goed hebben om te slagen. Het KNM-examen is niet beïnvloed door de niveauverhoging naar B1.
Het PVT is een verplicht onderdeel voor inburgeringsplichtigen. Na deelname onderteken je een participatieverklaring, waarmee je aangeeft betrokken te zijn bij de Nederlandse samenleving en bereid bent om een bijdrage te leveren. De gemeente bepaalt op basis van een eindgesprek of je dit onderdeel hebt afgerond.
De MAP is een onderdeel dat gericht is op de Nederlandse arbeidsmarkt. Je leert kennis maken met en je voorbereiden op de arbeidsmarkt. De gemeente bepaalt op basis van een eindgesprek of je dit onderdeel hebt afgerond.
DUO, de Dienst Uandvoering Onderwijs, speelt een centrale rol in het inburgeringsproces. De organisatie is verantwoordelijk voor de registratie van cursusuren, het aanmelden voor het inburgeringsexamen, en het afnemen van de examens. De aanmelding voor het inburgeringsexamen kan via de website van DUO, en het examen wordt op verschillende locaties in Nederland afgenomen. De examens op niveau B1 en B2 zijn gebaseerd op het Europees Referentiekader (ERK), en DUO zorgt voor de afname van deze examens.
De aanmelding voor het inburgeringsexamen gebeurt via de website van DUO. Het examen kan op meerdere locaties worden afgenomen, waaronder Amsterdam, Eindhoven, Rijswijk, Rotterdam, Utrecht en Zwolle. Voor de B1- en B2-examens geldt dat er vaste dagen zijn waarop de onderdelen worden geëxamineerd. Voor de onderdelen op A2-niveau kan een deelnemer door een andere afnamewijze flexibeler kiezen en soms ook meerdere onderdelen op één dag inplannen.
Voor mensen met een handicap of ziekte is het mogelijk om een aangepast inburgeringsexamen aan te vragen bij DUO. Dit is van belang voor inburgeringsplichtigen die last hebben van fysieke of mentale beperkingen. Het aangepaste examen kan op een andere manier worden afgenomen, afhankelijk van de persoonlijke omstandigheden.
De inburgeringsplichtige kan kiezen uit verschillende leerroutes, waaronder de B1-route, de Onderwijsroute, en de Z-route. De keuze voor een bepaalde leerroute hangt af van het huidige taalniveau, de leeftijd, en de verwachtingen van de inburgeringsplichtige. De B1-route is het meest gangbaar en vereist het afleggen van de examens op niveau B1 of hoger. De Onderwijsroute is bedoeld voor inburgeringsplichtigen die een opleiding willen volgen, en vereist ook het afleggen van de examens op niveau B1 of hoger. De Z-route is bedoeld voor inburgeringsplichtigen met een lager niveau, en vereist het afleggen van de examens op niveau A2.
De examens worden op niveau B1 of hoger afgenomen. Voor inburgeraars die nog geen B1-niveau hebben, is ook het niveau A2 toegankelijk. De examens op niveau B1 en B2 zijn gebaseerd op het Europees Referentiekader (ERK), en DUO zorgt voor de afname van deze examens.
In sommige gevallen kan worden afgeschaald naar een lager niveau. Dit is van toepassing als de inburgeringsplichtige niet in staat is om B1-niveau te halen voor deze onderdelen. Ook kan iemand de examens op een hoger niveau (niveau B2) afleggen.
De Onderwijsroute is bedoeld voor inburgeringsplichtigen die een opleiding willen volgen. Na het behalen van het taalschakeltraject (Onderwijsroute) kan de inburgeringsplichtige doorstromen naar een opleiding op minimaal mbo-niveau 2. De Onderwijsroute vereist ook het afleggen van de examens op niveau B1 of hoger, evenals het afleggen van het KNM-examen. Naast deze centrale examens zijn er voor deelnemers aan de Onderwijsroute nog andere vakken die onderdeel uitmaken van hun programma. Deze onderdelen worden door de aanbieder van het taalschakeltraject geëxamineerd. Dit verschilt per traject, en kan bijvoorbeeld bestaan uit Engels, Loopbaanoriëntatie of Rekenen. Met deze vaardigheden bereiden deelnemers aan de Onderwijsroute zich voor op instroom in het reguliere middelbaar beroepsonderwijs of hoger onderwijs.