Grootste steden in Nederland: Bevolkingsgroei en stedelijkheidsklasse volgens CBS

De grootste steden in Nederland, waaronder Amsterdam, Den Haag, Utrecht en Rotterdam, vertonen aanzienlijke verschillen in bevolkingsontwikkeling en stedelijkheidsklasse. Dit artikel baseert zich op gegevens uit de bronnen van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), en bespreekt de belangrijkste trends, cijfers en analyse van de groei en verstedelijking in deze steden. De informatie is gebaseerd op de bronnen die in het onderstaande overzicht zijn opgenomen, en is uitgebreid geanalyseerd op basis van de gegevens die in de bronnen zijn terug te vinden.

Bevolkingsgroei van de grootste steden

De bevolkingsgroei van de vier grootste steden in Nederland, namelijk Amsterdam, Den Haag, Utrecht en Rotterdam, wordt bepaald door verschillende factoren, waaronder binnenlandse en buitenlandse migratie, geboorten en sterfgevallen. De gegevens tonen aan dat de groei van deze steden in de periode 2012–2040 aanzienlijk zal toenemen, met een totale toename van 333.000 inwoners. Utrecht staat hierbij met de grootste toename, namelijk 124.000 inwoners. Hierop volgt Amsterdam met 112.000 extra inwoners, gevolgd door Den Haag met 67.000 en Rotterdam met een tijdelijke toename gevolgd door een krimp na 2032.

De groei van deze steden wordt vooral bepaald door het positieve buitenlandse migratiesaldo, het aantal geboorten en het verschuiven van jonge gezinnen naar de randen van de stad, waar nieuwe wijkontwikkelingen plaatsvinden. Zo zijn er in Amsterdam en Utrecht grote nieuwbouwwijken ontstaan, zoals IJburg en Leidsche Rijn, die vooral gericht zijn op jonge gezinnen. Deze ontwikkelingen hebben een positief effect op de bevolkingsgroei en het aandeel jonge inwoners in deze steden.

Stedelijkheidsklasse en bevolkingsdichtheid

De stedelijkheidsklasse wordt bepaald op basis van de aantal adressen per vierkante kilometer. Het CBS hanteert de volgende indeling:

  • Zeer sterk stedelijk: 2500 adressen of meer per km²
  • Sterk stedelijk: 1500–2500 adressen per km²
  • Matig stedelijk: 1000–1500 adressen per km²
  • Weinig stedelijk: 500–1000 adressen per km²
  • Niet stedelijk: minder dan 500 adressen per km²

De provincie Utrecht is relatief sterker verstedelijkt dan het landelijk gemiddelde. In 2021 woonden 32% van de inwoners van Utrecht in een sterk stedelijk gebied, in vergelijking met 25% in het landelijk gemiddelde. Daarnaast is het aandeel van inwoners die in een niet stedelijk gebied wonen lager dan het landelijk gemiddelde, namelijk 9% in plaats van 17%.

In de gemeenten Utrecht, Veenendaal en Amersfoort is het aandeel inwoners dat in een zeer sterk stedelijk gebied woont, hoger dan het landelijk gemiddelde. In de gemeenten Woudenberg, Eemnes en Oudewater is het aandeel inwoners dat in een matig stedelijk gebied woont, hoger dan het landelijk gemiddelde. Daarnaast is het aandeel van inwoners dat in een weinig stedelijk gebied woont, in gemeenten zoals Bunnik, Renswoude en Montfoort, hoger dan het landelijk gemiddelde. De gemeenten Lopik, Renswoude en Vijfheerenlanden hebben het hoogste aandeel inwoners dat in een niet stedelijk gebied woont.

Bevolkingsdichtheid en woningbouw

De bevolkingsdichtheid varieert sterk per provincie en gemeente. In 2021 was de gemiddelde bevolkingsdichtheid in Nederland 519 inwoners per km², terwijl de bevolkingsdichtheid in de provincie Utrecht hoger is, namelijk 916 inwoners per km². Dit maakt Utrecht op de derde plaats van de meest dichtbevolkte provincies in Nederland, na Zuid-Holland (1380 inwoners per km²) en Noord-Holland (1084 inwoners per km²).

De provincie Utrecht heeft ook de hoogste bevolkingsdichtheid in de gemeenten Utrecht, Veenendaal en Nieuwegein. Daarentegen heeft de gemeente Lopik de laagste bevolkingsdichtheid in de provincie Utrecht, met 191 inwoners per km². De bevolkingsdichtheid is dus sterk gevarieerd, afhankelijk van de locatie en de omvang van de gemeente.

Wat betreft de woningbouw, is de bebouwde ruimte in de Randstadprovincies Noord-Holland, Zuid-Holland, Utrecht en Flevoland het grootst. Tussen 2000 en 2017 is er in Nederland 45,6 duizend hectare bebouwd terrein bij gekomen. Van de bebouwing die er tussen 2000 en 2017 is bijgekomen, ligt 37% in de Randstad. De toename van de bebouwde ruimte is in Zuid-Holland het grootst, met een stijging van 29,1% in 2017 ten opzichte van 26,3% in 2000.

Verstedelijking en woningbouw

De verstedelijking is een belangrijke factor in de groei van de grote steden. In de gemeenten Utrecht, Veenendaal en Amersfoort is het aandeel inwoners dat in een zeer sterk stedelijk gebied woont, hoger dan het landelijk gemiddelde. In de gemeenten Houten, Nieuwegein en IJsselstein is het aandeel inwoners dat in een sterk stedelijk gebied woont, ook hoger dan het landelijk gemiddelde.

De verstedelijking heeft ook invloed op de woningbouw. In de gemeenten die in het sterk stedelijk gebied vallen, is het aandeel woningen in de totale bebouwing hoger. Dit betekent dat de woningbouw in deze gebieden sneller verloopt dan in gebieden met een lagere stedelijkheidsklasse.

Conclusie

De grootste steden in Nederland, zoals Amsterdam, Den Haag, Utrecht en Rotterdam, vertonen aanzienlijke verschillen in bevolkingsgroei en stedelijkheidsklasse. De bevolkingsgroei wordt bepaald door factoren als binnenlandse en buitenlandse migratie, geboorten en sterfgevallen. De stedelijkheidsklasse wordt bepaald op basis van de aantal adressen per vierkante kilometer, en bepaalt hoe sterk een gebied verstedelijkt is. De bevolkingsdichtheid varieert sterk per provincie en gemeente, en heeft invloed op de woningbouw en de verstedelijking. De analyse toont aan dat de grootste steden in Nederland in de komende jaren verder zullen groeien, met name door het positieve buitenlandse migratiesaldo en de ontwikkeling van nieuwe wijkgebieden.

Bronnen

  1. Bevolkingssamenstelling provincies naar stedelijkheidsklasse
  2. Samenwerking grote gemeenten
  3. Bevolkingsgroei in universiteitssteden
  4. Bevolkingsgroei in de vier grote steden
  5. Bevolkingsontwikkeling per gemeente
  6. Bevolkingsgroei in de vier grote steden
  7. Bevolkingsgroei grotere steden stokt door lage immigratie
  8. Bevolkingsontwikkeling in kleinere gemeenten

Related Posts