De Grootste Steden in Nederland en Hun Unieke Kenmerken
juli 10, 2025
De 20e eeuw was een periode van grote veranderingen in Nederland, zowel op het gebied van de bevolkingsgroei als de ruimtelijke ontwikkeling van de steden. De historische groei en instorting van de Nederlandse steden vormen een belangrijk onderdeel van het landschap. In dit artikel zullen we ingaan op de groei van de inwoners van de Nederlandse steden in de 20e eeuw, de factoren die hieraan ten grondslag lagen, en de impact op de ruimtelijke indeling en infrastructuur.
De meeste Nederlandse steden zijn tussen 1100 en 1400 ontstaan, en hun locatie hing vaak samen met een natuurlijke infrastructuur. Steden als Utrecht, Deventer, Zwolle, Kampen, Haarlem en Leiden ontstonden allen langs de oevers van rivieren. Ook Amsterdam ontstond als havenplaats waar de Amstel in het IJ uitmondde. Het is interessant om te zien dat de stadspatronen die in het begin ontstonden tot op de dag van vandaag vaak nog zichtbaar zijn. In het centrum van veel steden worden al eeuwen weinig tot geen veranderingen doorgevoerd qua straten en gebouwen.
De groei van de Nederlandse steden was niet altijd gelijk. In de 19e eeuw was er sprake van een tweede golf van stadsvorming. In het zuiden smolten vier dorpen samen en vormden Tilburg; Apeldoorn werd de eerste woonstad door de aanzuigende werking van Het Loo; industriesteden werden opgebouwd. Blijkbaar was er eeuwenlang genoeg ruimte in de bestaande steden om mensen kwijt te kunnen. De groei van de stad was echter niet altijd even gelijk. In de Gouden Eeuw, altijd gezien als een bloeiperiode voor Nederland, veranderde er weinig. Slechts een paar steden expanderen, waaronder Amsterdam en nog wat andere steden als Leiden en Rotterdam, maar veel steden buiten Holland hebben juist een terugval.
De bevolking van Nederland is explosief gegroeid in de laatste eeuw: van 5 miljoen in 1900 naar ruim 18 miljoen in 2025. Hierdoor breidden bestaande steden sterk uit en verstedelijkten plattelandsgebieden. Sinds de eeuwwisseling vindt de bevolkingsgroei steeds meer plaats in en rond de grote steden in de Randstad, maar ook steden zoals Groningen, Zwolle, Arnhem, Nijmegen, Amersfoort, Haarlem en Eindhoven groeien sterk. Ook in Flevoland nam het aantal inwoners sterk toe. Amsterdam, Rotterdam en Den Haag groeien vooral door immigratie, de kleinere steden en omliggende gemeenten ook door binnenlandse verhuizingen.
De groei van de bevolking heeft invloed op de ruimtelijke indeling, de infrastructuur en de behoeften van de bevolking. Voor interieurontwerpers is het belangrijk om hier rekening mee te houden bij het ontwerpen van ruimtes en gebouwen. De groei van de bevolking vooral plaatsvindt in de grote steden, wat invloed heeft op de ruimtelijke indeling en de infrastructuur.
De groei van de bevolking varieert per regio. In sommige gebieden is de groei sterk, terwijl andere gebieden juist krimpen. In de periode van 1995 tot 2025 groeide de bevolking in 301 van de huidige 342 gemeenten. In 41 gemeenten lag het aantal inwoners op 1 januari 2025 lager dan op 1 januari 1995. De gemeenten waar het inwonertal gedaald is ten opzichte van 30 jaar geleden liggen vooral aan de randen van Nederland: in Zuid-Limburg (de stad Maastricht uitgezonderd), in het noorden van Friesland, in Noord- en Oost-Groningen, in de Achterhoek en in Zeeuws-Vlaanderen. De sterkste krimp vond plaats in de gemeente Eemsdelta in Groningen. Hier woonden in 2025 ruim 17 procent minder mensen dan in 1995. Ook in de Limburgse gemeenten Simpelveld, Kerkrade, Meerssen, Landgraaf en Gulpen-Wittem nam het aantal inwoners met meer dan 10 procent af.
De bevolkingsgroei was in Nederland overheersend en was vooral sterk in Flevoland, de randgemeenten van de grote steden en in middelgrote steden als Amersfoort en Assen. In de eerste jaren na de eeuwwisseling, tussen 2000 en 2005, nam het aantal gemeenten dat te maken had met bevolkingskrimp toe. In 74 van de huidige 342 gemeenten daalde het aantal inwoners in die periode. Bevolkingskrimp vond op regionale schaal nog steeds vooral plaats in Zuid-Limburg, waar jongeren wegtrokken en de sterfte het aantal geboorten overtrof. Ook in het westen van het land daalde de bevolking in een aantal gemeenten. Dit gebeurde vooral in Het Gooi, het Groene Hart en aan de Noordzeekust. Ook in Oost-Groningen kwam betrekkelijk sterke bevolkingskrimp voor.
De industriële ontwikkeling had een grote invloed op de groei van de Nederlandse steden. In de tweede helft van de 19e eeuw groeide de bevolking van de steden sterk. In Rotterdam zijn door de aanleg van de havens en de daarmee gepaard gaande groei van haven- en industriecomplexen veel nieuwe werknemers nodig. Tussen 1860 en 1900 verdrievoudigt de bevolking; rond de eeuwwisseling wonen er ruim 300.000 mensen in de Maasstad. Dit aantal zal in de jaren tot aan 1940 nog eens verdubbelen. Voor alle mensen die zich in de stad willen vestigen is weinig plek. Ruim voor de grote bevolkingstoename barst de stadsdriehoek al uit zijn voeten.
De industriële ontwikkeling had ook invloed op de ruimtelijke indeling van de steden. De groei van de stad was niet altijd even gelijk. In de Gouden Eeuw, altijd gezien als een bloeiperiode voor Nederland, veranderde er weinig. Slechts een paar steden expanderen, waaronder Amsterdam en nog wat andere steden als Leiden en Rotterdam, maar veel steden buiten Holland hebben juist een terugval.
De demografische ontwikkeling in Nederland was in de 20e eeuw van groot belang. In de jaren na de Tweede Wereldoorlog ontstond er een babyboom, die tot op de dag van vandaag doorwerkt in de bevolkingspiramide. Na de oorlog werd Nederland eigenlijk gedwongen om verder te industrialiseren, omdat ze door de groeiende samenwerking met andere landen in begon te zien dat ze achter lag op industriële ontwikkeling. Door de pil kwam er een eind aan de babyboom, door allerlei medische ontwikkelingen daalde het sterftecijfer. De geboorte en sterfte cijfers daalden hierdoor ongeveer even snel, en kwamen op het huidige niveau.
De sociale emancipatie en de groeiende rol van de vrouw in de samenleving had ook invloed op de bevolkingsontwikkeling. Door steeds betere sociale zekerheid en anticonceptie, en steeds betere medische wetenschap daalde het geboorte en sterftecijfer. De bevolkingsgroei was in Nederland overheersend en was vooral sterk in Flevoland, de randgemeenten van de grote steden en in middelgrote steden als Amersfoort en Assen.
De groei van de inwoners van de Nederlandse steden in de 20e eeuw was een complex proces dat beïnvloed werd door een aantal factoren. De historische groei en instorting van de Nederlandse steden vormen een belangrijk onderdeel van het landschap. De groei van de bevolking had invloed op de ruimtelijke indeling, de infrastructuur en de behoeften van de bevolking. De regio's met de sterkste groei waren vooral in de Randstad, Flevoland en middelgrote steden. De bevolkingsgroei was in Nederland overheersend en was vooral sterk in Flevoland, de randgemeenten van de grote steden en in middelgrote steden als Amersfoort en Assen. De industriële ontwikkeling had een grote invloed op de groei van de Nederlandse steden. De demografische ontwikkeling in Nederland was in de 20e eeuw van groot belang. De sociale emancipatie en de groeiende rol van de vrouw in de samenleving had ook invloed op de bevolkingsontwikkeling.