De Ronde van Nederland via LF-routes: Een complete fietsroute door het land
juli 9, 2025
Het eerste fietspad van Nederland, gelegen op de Maliebaan in Utrecht, is een belangrijk symbool van de opkomst van de fiets als vervoersmiddel in het land. De historie van de fiets in Nederland is een interessant verhaal dat zich ontvouwt vanaf het einde van de 19e eeuw. In dit artikel worden de ontwikkelingen van de eerste fietsen in Nederland, de technische innovaties, en de rol van de fiets in de samenleving behandeld, gebaseerd op de gegevens uit de bronnen.
De geschiedenis van de fiets in Nederland begint met de introductie van de zogeheten loopfiets. In 1817 werd deze ontworpen door de Duitse uitvinder Karl Drais, die het voorgoed als een draisine zou laten gelden. Deze fiets had geen pedalen, maar werd aangedreven door het afzetten met de voeten. De loopfiets was ongeveer 22 kg zwaar en had een houten frame met ijzeren wielen. In de jaren 1820 werden de loopfietsen in Nederland geïntroduceerd, maar het was pas rond 1870 dat de fietsen een grotere verspreiding kregen.
De eerste echte fiets, de zogeheten “bottenschudder”, werd in 1862 uitgevonden door de Parijse stratenmaker Ernest Michaux. Deze fiets had een houten frame en werd aangedreven door een ketting. Hoewel de bottenschudder een hit was, had deze fiets het nadeel dat het ongemakkelijk was om te rijden, vooral bij het fietsen van afdalingen. De technologie verderde, en rond 1885 verschenen de eerste veiligheidsfietsen op de Nederlandse wegen. Deze fietsen hadden twee even grote wielen en een fietsketting die de trapkracht op de wielen overbracht. Door hun lagere zwaartepunt waren ze stabieler en veiliger, wat leidde tot een massale opkomst van de fiets in Nederland.
Een van de belangrijkste innovaties in de geschiedenis van de fiets is de hoge bi, die rond 1880 populair werd. Deze fiets had een groot voorwiel en een klein achterwiel. De hoge bi maakte het mogelijk om sneller te fietsen, maar was moeilijker te besturen. De prijs van een hoge bi kon oplopen tot 350 gulden, wat in die tijd veel geld was. Geschoolde arbeiders verdienden gemiddeld een gulden per dag, wat betekende dat een hoge bi een jaarsalaris kostte. De eerste Utrechtse hoge bi was van de bankierszoon Everard Kol, die in 1880 als eerste mee reed.
De hoge bi was echter niet de enige fiets die in Nederland verscheen. Rond 1890 werden de eerste moderne stadsfietsen ontworpen, die aangedreven werden door een ketting en luchtbanden in gelijke grootte hadden. Deze fietsen hadden een ongelooflijk comfort en werden snel populair. Ook de eerste damesfietsen werden in 1890 uitgevonden, die de bijnaam “freedom machine” kregen vanwege het verdwijnen van strakke korsetten.
De fiets speelde een belangrijke rol in de samenleving van Nederland, zowel voor burgers als voor het leger. Tijdens de Tweede Wereldoorlog maakten zowel de burgerbevolking als het Duitse leger gebruik van fietsen, aangezien brandstof schaars was. De fiets bleef een van de weinige vervoermiddelen over. Na de oorlog begon de fiets weer op te bloeien, en in de jaren 50 en 60 kreeg de fiets serieuze concurrentie van de auto. Toch bleef de fiets populair, en in 1910 was Nederland al het land met het hoogste fietsgebruik ter wereld.
De opkomst van de fiets leidde ook tot een groeiende groep fietsers, die hun eigen organisaties en bonden vormden. De Algemene Nederlandse Wielrijders-Bond (ANWB) speelde een cruciale rol bij het bevorderen van de fiets als vervoersmiddel. In de jaren 1900 nam het aantal fietsen in Nederland spectaculair toe, en in 1900 waren er al ongeveer 100.000 fietsen in omloop. Dertig procent van de fietsbezitters was op dat moment lid van de ANWB.
De ontwikkeling van de fietsinfrastructuur in Nederland begon met het aanleggen van het eerste fietspad op de Maliebaan in Utrecht. Dit fietspad was bedoeld om fietsers van autowegen af te houden, en was bedekt met grind. In 1911 lag er 84 kilometer fietspad in Nederland. In 1965 was het aantal kilometers al opgelopen tot 7000. De grootste groei van het fietspadennetwerk vond plaats tussen 1978 tot 1988, toen de overheid in korte tijd veel in fietspaden investeerde.
De fiets is tegenwoordig onmisbaar in Nederland, met 32.000 kilometer aan fietspaden. De fiets is niet alleen een vervoermiddel, maar ook een symbool van de Nederlandse cultuur. Het land staat bekend als een echte fietsland, met meer fietsen dan mensen. De fiets is ook een belangrijk onderdeel van de toeristische attracties, zoals het fietsenplan van Het Zwarte Fietsenplan.
De geschiedenis van de fiets in Nederland is een fascinerend verhaal dat zich ontvouwt vanaf het einde van de 19e eeuw. Van de eerste loopfietsen tot de moderne fietsen, en van de hoge bi tot de veiligheidsfietsen, heeft de fiets een belangrijke rol gespeeld in de samenleving. De opkomst van de fiets leidde tot een groeiende groep fietsers, die hun eigen organisaties en bonden vormden. De fietsinfrastructuur groeide, en tegenwoordig is Nederland het land met het hoogste fietsgebruik ter wereld. De fiets is niet alleen een vervoermiddel, maar ook een symbool van de Nederlandse cultuur.