Lekkerkerk en de historie van chemische vervuiling in Nederland

In Nederland is de historie van chemische vervuiling een belangrijk onderdeel van het landelijk milieubeleid en de historische ontwikkeling van de omgevingsvoorschriften. De gemeente Lekkerkerk in Zuid-Holland staat centraal in dit verhaal, met name vanwege het failliet van de waterleidingbuis in 1979, wat leidde tot het eerste grote gifschandaal in Nederland. Dit artikel bevat een overzicht van de historische context, de gevolgen van de vervuiling, en de maatregelen die zijn genomen om met dit probleem om te gaan.

Geschiedenis van de vervuiling in Lekkerkerk

In 1979 brak er een waterleidingbuis onder een nieuwbouwwijk in Lekkerkerk, in Zuid-Holland. Tijdens de herstelwerkzaamheden bleek dat de wijk op een voormalige afvalstortplaats was gebouwd. Dit was een gevolg van het beleid van de jaren zestig van de vorige eeuw, waarbij het afval op verschillende manieren werd afgevoerd. De oplossing voor het groeiende afvalprobleem was het bouwen van woonwijken op afval, wat leidde tot een complexe situatie van bodemvervuiling.

De gemeente had niet alleen huishoudelijk afval en puin gebruikt bij het bouwrijp maken van de wijk, maar had ook illegaal bedrijfsafval gestort. Dit leidde tot een situatie waarin de grond zwaar verontreinigd raakte door chemische stoffen, waaronder tolueen en xyleen, afkomstig van verfverdunners. De waterleidingbuis was aangetast door de inwerking van deze agressieve stoffen.

De eerste reactie van de overheid was om de wijk volledig te saneren. In de jaren tachtig werd er veel gedaan om met de vervuiling om te gaan. Er werden 170.000 plekken met verontreiniging opgespoord, en er werd gekeken naar de beheersing van het probleem. Tegenwoordig wordt er alleen ingegrepen als er gevaar is voor mens of milieu.

De gevolgen van de vervuiling

De vervuiling in Lekkerkerk had grote gevolgen voor de bewoners. Er werd gesproken over een legendarische gifaffaire, waarbij actieve bewoners de politiek wakker maakten. De bodemverontreiniging werd een nationaal probleem, en Lekkerkerk stond jaren synoniem aan gif. De bewoners hadden klachten over de lucht uit de kruipruimte, en het leek alsof de lucht giftig was.

De situatie leidde tot een serieus onderzoek, waarbij bodem- en luchtmetingen in de woonhuizen werden gedaan. Bewoners werden medisch getest, en er werd een klein stukje van de wijk afgegraven. De resultaten van de onderzoeken zijn opzienbarend: bij de bewoners is niets te vinden dat op gezondheidsrisico’s kan duiden als gevolg van de verontreinigde bodem.

De reactie van de overheid was snel en krachtig. Er werd gekeken naar de bestemming van het verontreinigde gebied en op basis daarvan werd een saneringsplan gemaakt. De 160 miljoen gulden die voor Lekkerkerk is uitgegeven, noemt voormalig hoofdinspecteur van Gezondheid Marius Enthoven ‘leergeld’. “Achteraf kun je zeggen dat de reactie van de overheid wat te zwaar is aangezet. We zouden nu niet meer overgaan tot volledige sanering en afgraven van de bodem. Maar die kennis hadden we toen nog niet, we hebben geëxperimenteerd.”

De huidige situatie en de beheersing van vervuiling

Tegenwoordig wordt er vooral gekeken naar de beheersing van het probleem, en niet meer naar een volledige sanering. Er wordt gekeken naar de bestemming van het verontreinigde gebied en op basis daarvan wordt een saneringsplan gemaakt. De 160 miljoen gulden die voor Lekkerkerk is uitgegeven, noemt voormalig hoofdinspecteur van Gezondheid Marius Enthoven ‘leergeld’. “Achteraf kun je zeggen dat de reactie van de overheid wat te zwaar is aangezet. We zouden nu niet meer overgaan tot volledige sanering en afgraven van de bodem. Maar die kennis hadden we toen nog niet, we hebben geëxperimenteerd.”

De situatie is ook in andere delen van Nederland aan de orde geweest. Er zijn talloze plekken waar sprake is van bodemverontreiniging. De meest voorkomende bodemvervuilingen zijn VOCl (vluchtige chloorkoolwaterstoffen). Op meer dan 10.000 locaties in Nederland is de bodem vervuild met VOCl. VOCl hebben een hoge dichtheid (een hoger soortelijk gewicht dan water) waardoor ze makkelijk tot diep in de bodem terechtkomen.

De rol van de gemeente en de overheid

De gemeente Alphen aan den Rijn beheerde onder andere vuilstortplaatsen bij de Kromme Aar, de Steekterweg en de Spoorlaan in Zwammerdam. In omliggende gemeenten waren ze onder meer te vinden aan het Westeinde in Hazerswoude-Dorp en aan de Hoogeveense- en Middelburgseweg in Boskoop. Als gevolg van de snelle groei van de gemeente moest het gemeentebestuur van Alphen aan den Rijn steeds op zoek naar nieuwe plekken om afval kwijt te raken.

De gemeente Alphen aan den Rijn had een landbouwbedrijf dat actief was in de jaren zestig, maar ook andere industriële bedrijven deden mee aan de vervuiling. De stortplaats aan de Steekterweg was in 1965 alweer overbodig, en de gemeente liet het terrein egaliseren en afdekken met een laag grond.

Conclusie

De historie van chemische vervuiling in Nederland, met name in de gemeente Lekkerkerk, is een belangrijk onderdeel van het landelijk milieubeleid en de historische ontwikkeling van de omgevingsvoorschriften. De gevolgen van de vervuiling zijn groot geweest, maar de overheid heeft er snel op gereageerd. De huidige situatie is goed in de gaten, en de beheersing van het probleem staat centraal. De gemeente en de overheid hebben hun rol gespeeld in het oplossen van het probleem, en er wordt gekeken naar de beste manier om met vervuiling om te gaan.

Bronnen

  1. Lekkerkerk en het gifschandaal
  2. Lekkerkerk: een legende in het land van de giftige stortplaatsen
  3. Bodemverontreiniging in Nederland: historische gegevens en moderne maatregelen
  4. De Coupépolder en de illegale stortplaatsen
  5. De legendarische gifaffaire in Lekkerkerk
  6. Aagtenpark: vervuiling en maatregelen
  7. Nederlands eerste grote gifschandaal

Related Posts