De fontein: Vind je plek als e-book in het Nederlands
juli 8, 2025
Carnaval is in Nederland een veelzijdig feest dat niet alleen in de straat, maar ook in de naamgeving van steden en dorpen tot uiting komt. In het zuiden van het land krijgen vele steden en dorpen tijdelijk een alternatieve naam, vaak gebaseerd op lokale dialecten, industrie, of historische feiten. Deze namen zijn niet alleen grappig, maar geven ook inzicht in de cultuur, geschiedenis en de manier waarop de gemeenschap zichzelf ziet. In dit artikel worden de bekendste en meest interessante carnavalsnamen van Nederlandse steden en dorpen geanalyseerd, inclusief hun oorsprong en betekenis.
De traditie van het veranderen van de naam van een stad tijdens carnaval is een typisch Nederlandse gewoonte, die vooral in Noord-Brabant en delen van Limburg voorkomt. De oorsprong van deze namen ligt vaak in de lokale nijverheid, historische feiten, of in de taalkundige veranderingen die in het dialect voorkomen. Bijvoorbeeld, de stad Eindhoven heet tijdens carnaval Lampegat, wat verwijst naar de gloeilampen van Philips, die hier vroeger op grote schaal geproduceerd werden. Evenzo heet Den Bosch tijdens het feest Oeteldonk, een naam die mogelijk afkomstig is van een historische vestigingsplek in een moeras.
Deze namen worden vaak gebruikt in de lokale carnavalsverenigingen, waarin de betrokken gemeenschappen hun eigen cultuur en geschiedenis vieren. In sommige gevallen zijn de namen ook een vorm van spot of spotnamen die door buurten werden gegeven, zoals het geval is met Kruikenstad (Tilburg), die verwijst naar het feit dat de inwoners in het verleden urine leverden voor de textielindustrie.
Er zijn tal van steden en dorpen in Nederland die tijdens het carnaval een alternatieve naam hebben gekregen. Hieronder volgt een overzicht van enkele van de bekendste namen:
Eindhoven is een van de bekendste steden die tijdens carnaval een andere naam heeft. De naam Lampegat verwijst naar de gloeilampen van Philips, die hier vroeger op grote schaal geproduceerd werden. De term ‘lampegat’ is een afkorting van ‘lampen’ en ‘gat’, wat verwijst naar de lantaarnpalen en de lantaarnscheppen die in de stad werden gebruikt. De naam wordt ook vaak gebruikt in de carnavalsoptocht, waarin de inwoners van Eindhoven hun eigen creativiteit laten zien.
De stad Den Bosch heet tijdens carnaval Oeteldonk. De oorsprong van de naam is niet volledig duidelijk, maar er zijn meerdere theorieën. Een van de theorieën is dat het woord ‘oetel’ verwijst naar de mascotte van Oeteldonk, een kikker. Een andere verklaring is dat het een sneer is naar het nabijgelegen dorp Den Dungen. De naam Oeteldonk wordt ook vaak gebruikt in de lokale carnavalsoptocht, waarin de inwoners van Den Bosch hun eigen cultuur vieren.
Breda heet tijdens carnaval Kielegat. De oorsprong van de naam is niet volledig duidelijk, maar er zijn meerdere verhalen die de oorsprong van de naam proberen te verklaren. Volgens een van de verhalen is de naam afgeleid van het turfschip dat in 1590 werd gebruikt om Breda te veroveren. Het verhaal zegt dat het schip tegen de kade botste en een gat in de kiel kreeg, waardoor de naam Kielegat ontstond. De naam wordt ook vaak gebruikt in de lokale carnavalsoptocht, waarin de inwoners van Breda hun eigen cultuur vieren.
Tilburg heet tijdens carnaval Kruikenstad. De oorsprong van de naam is afgeleid van de inwoners van Tilburg, die in het verleden urine leverden voor de textielindustrie. De term ‘kruiken’ verwijst naar de kruiken waarin de urine werd opgeslagen. De naam wordt ook vaak gebruikt in de lokale carnavalsoptocht, waarin de inwoners van Tilburg hun eigen cultuur vieren.
Nijmegen heet tijdens carnaval Knotsenburg. De oorsprong van de naam is afgeleid van een historisch gebeurtenis die plaatsvond tijdens de Reformatie. Op 25 september 1566 verzamelde de katholieke bevolking van Nijmegen zich met knotsen op de Grote Markt om de protestanten letterlijk de stad uit te knuppelen. De dag werd sindsdien gevierd als knotsendag. Toen de protestanten de stad wilden heroveren, bouwden ze aan de noordkant van de Waal een burcht, die spottend de Knotsenburg genoemd werd. De naam wordt ook vaak gebruikt in de lokale carnavalsoptocht, waarin de inwoners van Nijmegen hun eigen cultuur vieren.
Maastricht heet tijdens carnaval Mestreech. Dit is de dialectversie van de stad, waarin de lokale nijverheid en cultuur tot uiting komen. De naam Mestreech wordt vaak gebruikt in de lokale carnavalsoptocht, waarin de inwoners van Maastricht hun eigen cultuur vieren.
De namen van steden en dorpen tijdens carnaval hebben een diepe betekenis. Ze geven inzicht in de lokale geschiedenis, cultuur en industrie. Zo verwijst de naam Lampegat naar de gloeilampen van Philips, wat een belangrijk onderdeel is van de geschiedenis van Eindhoven. Eveneens verwijst de naam Kruikenstad naar de textielindustrie, wat een belangrijk onderdeel is van de geschiedenis van Tilburg.
De namen worden ook vaak gebruikt in de lokale carnavalsoptocht, waarin de inwoners van de stad hun eigen cultuur vieren. In veel gevallen zijn de namen ook een vorm van spot of humor, die door de inwoners van de stad zelf worden gebruikt.
De carnavalsnamen van Nederlandse steden en dorpen zijn een interessant onderdeel van de lokale cultuur en geschiedenis. Ze geven inzicht in de lokale nijverheid, historische feiten, en de manier waarop de gemeenschap zichzelf ziet. Door deze namen te begrijpen, kunnen we beter inzicht krijgen in de cultuur en geschiedenis van de steden en dorpen waar ze vandaan komen.