Bevolkingsdichtheid in Nederland: Een overzicht van steden, dorpen en regio's
juli 7, 2025
De inkomensongelijkheid in Nederland is een complexe maatstaf die verschillende aspecten van het maatschappelijke en economische plaatje beïnvloedt. In het bijzonder is het verschijnsel van armoede in verschillende gemeenten van belang, aangezien dit zowel individuele huishoudens als grotere sociale structuren beïnvloedt. In deze artikel wordt gekeken naar de armste steden in Nederland, met name op basis van gegevens uit de bronnen van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), waarin het aandeel huishoudens met een laag inkomen en het gemiddelde vermogen per huishouden centraal staan. Deze gegevens vormen de basis voor een beter begrip van de situatie in de armste gemeenten.
De armste gemeenten in Nederland worden vaak geclassificeerd op basis van het aandeel huishoudens dat onder de lage-inkomensgrens valt, en het gemiddelde vermogen per huishouden. Volgens de bronnen zijn er verschillende gemeenten die in de afgelopen jaren een hoge mate van armoede kennen. In de Top 10 Armste Gemeenten in Nederland vinden we onder meer:
De gegevens tonen aan dat armoede niet alleen bepaald wordt door het inkomen, maar ook door sociale en economische factoren. Bijvoorbeeld, in gemeenten zoals Rotterdam, is het aandeel bijstandsgezinnen aanzienlijk, wat wijst op een beperkte economische groei en een hoge werkloosheid. Daarnaast zijn er gemeenten zoals Groningen, waar het aandeel huishoudens met een laag inkomen het hoogst is, wat kan wijzen op een sterkere invloed van de economische crisis op de bevolking.
De inkomensongelijkheid in Nederland is ook van invloed op de armoede. De Gini-coëfficiënt, een maatstaf voor inkomensongelijkheid, ligt in Nederland op 0,28, wat lager is dan in de Europese Unie. Dit suggereert dat er een relatief gelijke verdeling van inkomen is, maar er zijn nog steeds grote verschillen tussen gemeenten. Bijvoorbeeld, Bloemendaal, Laren, Blaricum en Wassenaar zijn gemeenten met de hoogste Gini-coëfficiënt, wat wijst op een grote inkomenskloof.
De armoede wordt niet alleen beïnvloed door de economische situatie van een gemeente, maar ook door de samenstelling van de bevolking. Bijvoorbeeld, in de gemeenten met een hoge concentratie van niet-westerse migranten, zoals Marokkaanse en Turkse huishoudens, is het armoedeprobleem aanzienlijk. Daarnaast zijn vluchtelingenhuishoudens een groep met een hoog risico op armoede, met bijna 53 procent van de huishoudens met een laag inkomen.
Deze groepen hebben een hoger risico op armoede, vanwege de beperkte toegang tot werk, het ontbreken van een stabiele inkomenbron, en het feit dat ze vaak afhankelijk zijn van bijstand. Bijvoorbeeld, in Syriëse en Eritrese vluchtelingenhuishoudens is het risico op armoede bijna 80 procent.
De armste gemeenten in Nederland tonen een complexe situatie waarin zowel economische als sociale factoren een rol spelen. De gegevens van het CBS tonen aan dat armoede niet alleen afhangt van het inkomen, maar ook van de samenstelling van de bevolking en de economische activiteiten in de gemeente. De inkomensongelijkheid en het armoedeprobleem zijn duidelijk zichtbaar in veel gemeenten, met name in de grote steden zoals Rotterdam, Amsterdam, en Groningen. De gegevens geven ook aan dat er sprake is van grote verschillen tussen gemeenten, wat wijst op de noodzaak van gerichte maatregelen om het armoedeprobleem te beheersen.