De beste traplooplocaties in Nederland voor een pittige training
juli 7, 2025
In Nederland zijn gezinnen van verschillende vormen en groottes. Het aantal gezinnen met drie of meer kinderen is een onderwerp dat veel aandacht heeft gekregen, vooral in het licht van de veranderende samenleving en de trends in de gezinsvorming. De bronnen geven duidelijkheid over het aantal gezinnen met drie kinderen of meer, en geven ook inzicht in de verdeling per type gezin. In dit artikel worden de cijfers en trends behandeld op basis van de beschikbare gegevens, met als doel om een overzicht te geven van de situatie rond het aantal gezinnen met drie kinderen in Nederland.
Volgens de cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) in 2024 zijn er in totaal 411.510 huishoudens met drie of meer kinderen. Dit is een aanzienlijk deel van het totale aantal huishoudens met kinderen, dat op 2,6 miljoen ligt. De verdeling van het aantal kinderen per type gezin is als volgt:
De gegevens tonen aan dat het grootste deel van de gezinnen met drie kinderen of meer uit het type gehuwde paren komt. In 2024 is het aantal huishoudens met drie of meer kinderen dat onder de gehuwde paren valt, 293.796. Dit is 18,8% van het totale aantal huishoudens met thuiswonende kinderen.
Het aantal huishoudens met drie of meer kinderen onder ongehuwde paren bedraagt 59.357, wat overeenkomt met 3,8% van het totale aantal huishoudens met kinderen. Dit cijfer is in de afgelopen jaren gestegen, wat wijst op een toename van het aantal ongehuwde paren met kinderen.
Het aantal eenoudergezinnen met drie of meer kinderen is in 2024 59.109, wat 3,8% van het totale aantal huishoudens met kinderen is. Dit cijfer is gelijk gebleven ten opzichte van het afgelopen decennium, wat wijst op een stabiele trend in het aantal eenoudergezinnen met drie of meer kinderen.
In totaal zijn er in 2024 411.510 huishoudens met drie of meer kinderen. Dit is een stijging ten opzichte van vroeger jaren. In 2004 was het aantal huishoudens met drie of meer kinderen nog 256.000. Dit betekent dat het aantal gezinnen met drie kinderen of meer in de afgelopen jaren is toegenomen met 155.510 gezinnen.
De afgelopen jaren is het aantal ongehuwde paren met kinderen toegenomen. In 2004 was het percentage ongehuwde paren met thuiswonende kinderen 9 procent, terwijl dit in 2024 is gestegen naar bijna 18 procent. Dit betekent dat het aantal ongehuwde paren met drie kinderen of meer ook is toegenomen. In 2024 zijn er 59.357 huishoudens met drie of meer kinderen onder ongehuwde paren, wat 14,4% van het totale aantal huishoudens met drie of meer kinderen is.
Het aantal eenoudergezinnen is ook toegenomen. In 2004 was het percentage eenoudergezinnen 17 procent van de gezinnen, terwijl dit in 2024 is gestegen naar 23 procent. Het aantal eenoudergezinnen met drie of meer kinderen is in 2024 59.109, wat 14,4% van het totale aantal huishoudens met drie of meer kinderen is. Dit cijfer is in de afgelopen jaren stabiel gebleven.
Tijdens de coronapandemie is er een tijdelijke stijging geweest van het aantal gezinnen met drie of meer kinderen. In 2021 was er een kleine opleving in het vruchtbaarheidscijfer, wat mogelijk leidde tot meer gezinnen met drie kinderen of meer. Hoewel deze trend later is afgenomen, wijst dit op een mogelijke impact van de coronacrisis op de gezinsvorming.
De meest voorkomende gezinsvorm in Nederland is het tweeoudergezins. In 2024 is dit 77% van de gezinnen. Het grootste deel van deze gezinnen heeft twee kinderen. Het aantal tweeoudergezinnen met drie of meer kinderen bedraagt 293.796, wat overeenkomt met 18,8% van het totale aantal huishoudens met kinderen.
Het aantal eenoudergezinnen is in de afgelopen jaren toegenomen. In 2024 zijn er 618.056 eenoudergezinnen, wat overeenkomt met 23% van de gezinnen. Het grootste gedeelte van deze gezinnen heeft één kind. Het aantal eenoudergezinnen met drie of meer kinderen is in 2024 59.109, wat overeenkomt met 9,5% van het totale aantal eenoudergezinnen.
Samengestelde gezinnen zijn gezinnen waarin ouders uit eerdere relaties staan en samen een nieuw gezin vormen. Het aantal van deze gezinnen is toegenomen in de afgelopen jaren. In 2024 zijn er 469.618 ongehuwde paren met kinderen. Van deze paren zijn er 59.357 met drie of meer kinderen, wat overeenkomt met 12,6% van het totale aantal ongehuwde paren met kinderen.
Naast de genoemde gezinsvormen zijn er ook homoseksuele gezinnen, grootoudergezinnen en uitgebreide gezinnen. Deze vormen zijn minder voorkomend, maar spelen een rol in de diversificatie van de gezinsvorming in Nederland. Het aantal gezinnen met drie of meer kinderen onder deze categorieën is beperkt, maar wel aanwezig.
De manier waarop we werken en de economie zijn drastisch veranderd. Meer ouders zijn nu actief op de arbeidsmarkt. Dit leidt ertoe dat het evenwicht tussen werk en gezin uitdagender wordt. Dit heeft ertoe geleid dat gezinnen anders gaan functioneren. Het is belangrijk om te beseffen dat dit ook invloed heeft op het aantal kinderen dat in een gezin opgroeit.
De veranderingen in de rolverdeling tussen man en vrouw hebben ook invloed op de gezinsvorming. Het feit dat vrouwen steeds vaker werken, leidt tot een grotere behoefte aan flexibele werktijden en nieuwe manieren waarop gezinnen hun leven organiseren. Dit kan ook leiden tot een toename van het aantal gezinnen met drie kinderen of meer.
In Nederland zijn de gezinsvormen in de afgelopen jaren veranderd. Het aantal gezinnen met drie kinderen of meer is gestegen, vooral door de toename van het aantal ongehuwde paren en eenoudergezinnen. Het grootste deel van deze gezinnen is afkomstig van gehuwde paren. De trends laten zien dat het aantal gezinnen met drie kinderen of meer in de afgelopen jaren is toegenomen. Dit is een belangrijk onderdeel van de gezinsvorming in Nederland. De bronnen geven hierover duidelijkheid en helpen bij het begrijpen van de situatie.