Caroline in Zwolle: Thuiszorg, Rechtszaak en Samenlevingsontwikkeling
september 27, 2025
De bevrijding van Zwolle op 14 april 1945 stelt een belangrijk moment in de geschiedenis van de stad en de regio Overijssel voor. In de afgelopen 80 jaar is het verhaal van deze bevrijding herhaaldelijk herdacht, onderzocht en gecommemoreerd. In het licht van deze herdenking is het van belang om de feiten, personen en gebeurtenissen rondom de bevrijding in detail te belichten, zowel wat betreft de Canadese troepen die het hoofd van de actie vormden als de lokale reacties en gevolgen.
Een van de centrale figuren in het verhaal van de bevrijding van Zwolle is Leo Major, een Canadees korporaal van het Frans-Canadese regiment de la Chaudière. Major speelde een essentiële rol in de bevrijdingsactie en werd in 2005 uitgeroepen tot ereburger van Zwolle. Zijn inspanningen werden herhaaldelijk herdacht, bijvoorbeeld tijdens de herdenkingen in 1970, 1985, 1990, 1992, 1995, 2000 en 2005. Zijn heldendaden, die in de jaren daarna niet tot een boek of film hebben geleid, worden vaak vergeleken met die van Rambo.
In de nacht van 13 op 14 april 1945 voerde Major, samen met zijn beste vriend Welly Arsenault, een verkenningsmissie uit om de Duitse aanwezigheid in Zwolle in kaart te brengen. Helaas sneuvelde Arsenault op weg naar de stad. Hij wordt ook herdacht, en er is zelfs een plantsoen in Zwolle-Zuid naar hem vernoemd. Major en Arsenault behoorden tot het regiment dat verantwoordelijk was voor de bevrijding van Zwolle, maar zoals ook uit andere bronnen duidelijk wordt, speelden ook andere Canadese regimenten een rol in deze actie.
Hoewel Leo Major en zijn team een centrale rol speelden, was de bevrijding van Zwolle niet het werk van één enkel regiment. Ook het Canadian Scottish Regiment, onder leiding van Princess Mary’s, nam deel aan de actie. Deze eenheid kwam vanuit Olst en Wijhe en bewoog zich richting Zwolle. Hoewel deze bijdrage minder vaak in de historische herinnering aanwezig is, is het duidelijk dat deze regimenten essentieel waren in de overwinning op de Duitse bezetters.
Naast deze eenheden waren er ook andere Canadese regimenten betrokken, waaronder het 7th Reconnaissance Regiment, het 17th Duke of York’s Royal Canadian, het Regina Rifles regiment, en het Royal Winnipeg Rifles regiment. Deze eenheden bewogen zich noordwaarts na de bevrijding van Twente en richtten zich op Zwolle als volgende doel. Op 6 april 1945 werden Hardenberg, Gramsbergen en Den Ham bevrijd, en in Dedemsvaart werden voor het eerst geallieerde tanks gezien. Deze strategische beweging had als doel om de Duitse troepen verder uit de regio Overijssel te verdrijven.
De werkelijke bevrijding van Zwolle vond plaats op 14 april 1945. Op die dag werd de stad officieel vrij van de Duitse bezetting. De inwoners van Zwolle reageerden uitbundig op de aankomst van de Canadese soldaten. Op de Grote Markt verzamelde zich een grote menigte mensen die de bevrijders met gejuich begroette. Er werden Duitse aanwijzingsborden vernietigd, en vrouwen met koffers passeerden voorbijkomende Duitse militairen die werden opgebracht door burgers en politieagenten.
Een archiefbeeld uit 1945 toont de verwoesting die de stad had doorgemaakt. Er waren restanten van een munitieauto die door de terugtrekkende Duitsers in brand was gestoken. Ook een huis op de Eekwal was verbrand. Toch brachten deze beelden ook hoop met zich mee: de inwoners van Zwolle verlieten hun woningen en begonnen langzaam het leven weer op te pakken. In het gezin van arts Van Wiechen werd een nieuwe start ingezet, en uit het raam van hun woning aan de Nieuwstraat hingen Amerikaanse en Engelse vlaggen – een teken van vrede en vrijheid.
De herdenkingen van de bevrijding van Zwolle vinden regelmatig plaats, en vaak zijn familieleden van de betrokken personen aanwezig. Bijvoorbeeld, tijdens een recente herdenking was Geoff Osborne, kleinzoon van een militair die bij de bevrijding betrokken was, aanwezig op de Grote Markt. Zoon van Leo Major, Daniel-Aimé Major, legde samen met Stefan Meekers een bloemenkrans bij het centrale oorlogsmonument in het Ter Pelkwijkpark. Dit monument, dat in 1950 werd geplaatst, werd in 1987 door twee basisscholen overgenomen en bestaat uit een muur met een mannenfiguur. De inscriptie op de muur luidt: “Gedenkt het leed – maar niet om stil te staan. Gedenkt de schande – maar om voort te gaan”.
De herdenkingen zijn niet enkel gericht op de militairen, maar ook op de burgers die tijdens de oorlog geleden hebben. Een voorbeeld hiervan is het verhaal van Nico Noordhof, een provinciaal ambtenaar die samen met zijn vrouw en schoonvader onderdak gaf aan zeven joodse landgenoten. Hoewel de bevrijding een vreugdevolle gebeurtenis was voor veel inwoners, betekende het voor anderen de zekerheid dat ze hun geliefden nooit meer zouden zien.
Het verhaal van de bevrijding van Zwolle is vaak gericht op de rol van Leo Major en zijn team, maar zoals uit verschillende bronnen blijkt, was er meer aan de hand. Het Canadian Scottish Regiment, bijvoorbeeld, speelde een cruciale rol in de actie, maar krijgt minder aandacht in de historische herinnering. Ook is het verhaal van Welly Arsenault, die sneuvelde tijdens de missie, belangrijk om te belichten.
Bovendien is het duidelijk dat meerdere regimenten betrokken waren in de bevrijding, waaronder het 7th Reconnaissance Regiment, het 17th Duke of York’s Royal Canadian, het Regina Rifles regiment, en het Royal Winnipeg Rifles regiment. Deze eenheden bewogen zich strategisch noordwaarts na de bevrijding van Twente, en bereikten Zwolle als volgende doel. In Dedemsvaart werd op 6 april voor het eerst een geallieerde tank gezien, wat een teken was van de opkomst van de bevrijders in de regio.
Hoewel de bevrijding een vreugdevolle gebeurtenis was, is het ook belangrijk om de rol van de NSB in Zwolle te belichten. Het blad Volk en Vaderland, dat van 1933 tot 1945 werd uitgegeven door de nationaalsocialistische uitgeverij Nenasu, was een centrale bron van propaganda voor de NSB. Het blad fungeerde ook als een bron van inkomsten voor Anton Mussert, de leider van de NSB. In Zwolle hield de NSB kantoor in het Kringhuis aan de Bloemendalstraat 11, en leden marcheerden op de Grote Markt.
Deze propaganda en de aanwezigheid van de NSB in Zwolle zijn ook te zien in archiefbeelden. Op een foto uit 1942 is te zien hoe iemand het blad Volk en Vaderland verkoopt bij het Tandtechnisch laboratorium aan de Oude Vismarkt. Deze verkopers werden vaak lastiggevallen door burgers die protesteerden tegen de nationaalsocialistische inhoud van het blad.
De bevrijding van Zwolle had een grote impact op de stad en haar inwoners. Enerzijds betekende het het einde van de oorlog en de herovering van de vrijheid, maar anderzijds bracht het ook herinneringen aan het lijden en verlies dat tijdens de oorlog gebeurd was. De beelden van de bevrijding tonen zowel het feestelijke karakter van de gebeurtenis als de verwoesting die de stad had doorgemaakt.
Burgemeester Van Karnebeek herkende Leo Major direct tijdens een opwinding in de stad. De carillon in de statige Peperbus speelde vaderlandse liedjes, en Leo was op de schouders van een hossende massa. Deze momenten duiden op de blijdschap en hoop die de bevrijding met zich meebracht. Toch was er ook pijn en verdriet, zoals het verhaal van Nico Noordhof en zijn familie laat zien.
De filmfragmenten uit de collectie van Collectie Overijssel tonen een uniek beeld van de bevrijding van Zwolle. Deze amateurbeelden zijn gemaakt door Zwolse arts H.J. van Wiechen en geven een persoonlijke kijk op de gebeurtenis. De fragmenten tonen niet alleen de verwoesting in de stad, maar ook de vreugde en hoop die met de bevrijding kwamen. De inwoners verlieten hun huizen, verzamelden zich op de Grote Markt en begonnen het leven weer op te pakken.
Een van de meest indrukwekkende beelden is die van de restanten van een munitieauto die door de Duitsers in brand was gestoken. Ook is er een fragment waarop een verwoest huis op de Eekwal te zien is. Deze beelden tonen de realiteit van de oorlog en de impact die deze had op de stad en haar inwoners.
De bevrijding van Zwolle op 14 april 1945 was een cruciale gebeurtenis in de geschiedenis van de stad. Het was het werk van meerdere Canadese regimenten, waaronder het Frans-Canadese regiment de la Chaudière, waar Leo Major bij hoorde. Zijn inspanningen werden herhaaldelijk herdacht, en hij werd uitgeroepen tot ereburger van Zwolle. Naast hem speelden ook andere personen, zoals Welly Arsenault, een rol in de actie.
De herdenkingen van de bevrijding vinden regelmatig plaats, en het centrale oorlogsmonument in het Ter Pelkwijkpark herinnert aan het leed en de schande van de oorlog. De bevrijding betekende voor veel inwoners een einde aan de ellende, maar voor anderen was het het einde van een hoop. Het verhaal van Nico Noordhof en zijn familie toont aan hoe de oorlog ook een persoonlijke impact had.
De opnames van de bevrijding door H.J. van Wiechen en andere amateurfilmdragers geven een waardevolle blik op de gebeurtenis. Deze fragmenten tonen zowel de vreugde als de verwoesting die de stad heeft doorgemaakt. Het verhaal van de bevrijding is dus niet enkel gericht op de militairen, maar ook op de burgers en de impact die de oorlog heeft gehad.
80 jaar later is de bevrijding van Zwolle nog steeds een belangrijk onderdeel van de historie van de stad. Het herdenken van deze gebeurtenis helpt om het verleden te begrijpen en de toekomst te respecteren.