De markt in Zwolle: een centraal plekje in de historie van de stad
september 27, 2025
De gemeente Zwolle heeft in de jaren 2020 en 2021 regelgeving vastgesteld met betrekking tot de heffing van afvalstoffen, die ook bekend staat als de zogenaamde afvalstoffenheffing. Deze regelingen zijn opgesteld volgens de bepalingen van de Wet milieubeheer en de Invorderingswet 1990. Het doel van deze heffing is om huishoudelijke afvalstoffen te financieren en te waarborgen dat de inzameling en verwerking ervan volgens wettelijke voorschriften verloopt. De regelingen zijn van toepassing op personen die gebruik maken van een perceel waarvoor een verplichting tot inzameling van huishoudelijke afvalstoffen geldt. In dit artikel wordt ingegaan op de inhoud van deze regelingen, hun toepassing, belastingplicht, tarieven en andere relevante aspecten.
Definities en toepassingsgebied
De afvalstoffenheffing is een directe belasting die volgens artikel 15.33 van de Wet milieubeheer wordt geheven. Het belastbare feit is het gebruik maken van een perceel waarvoor een verplichting tot inzameling van huishoudelijke afvalstoffen geldt, zoals bepaald in artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer. Dit gebruik maakt de betrokken persoon belastbaar voor de heffing. De term "gebruik maken" wordt expliciet gedefinieerd als het gebruik dat binnen de wettelijke toepassing van de Wet milieubeheer wordt bedoeld.
De regelingen zijn geldig vanaf 1 januari 2020 tot 31 december 2020 voor de verordening van 2020 en vanaf 1 januari 2021 tot 31 december 2021 voor de verordening van 2021. Beide regelingen zijn sinds hun respectievelijke einddatums vervallen. De inwerkingtreding van de heffing in 2020 vond op 1 januari 2020 plaats, terwijl de heffing in 2021 begon op 1 januari 2021.
Belastingplicht en maatstaf van heffing
De belastingplicht is gericht op personen die gebruik maken van een perceel in de gemeente Zwolle. Dit kan het geval zijn op basis van eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht. De belasting wordt bepaald per perceel en per belastingjaar. Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.
Het belastingtarief is afhankelijk van het aantal personen dat het perceel gebruikt. Voor een enkele persoon geldt een tarief van € 226,48 per jaar. Bij meer dan één persoon die het perceel gebruikt, stijgt het tarief naar € 283,09. De bepaling van het aantal personen is gebaseerd op de registratie in de basisregistratie personen. Indien blijkt dat de werkelijke situatie afwijkt van deze registratie, kan dit aangepast worden.
De belasting is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, indien later, bij aanvang van de belastingplicht. De heffing vindt plaats via aanslag, wat betekent dat een belastingaanslag wordt opgemaakt en aan de betrokken persoon toegestuurd. De betaaltermijnen zijn bepaald in tien maandelijkse termijnen. Als de dagtekening van het aanslagbiljet gelegen is voor of op de 15e van een kalendermaand, vervalt de eerste incassotermijn nog in diezelfde kalendermaand. In andere gevallen is de eerste termijn aan het einde van de volgende maand. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op deze termijnen.
Administratie en invordering
De administratie van de afvalstoffenheffing wordt via een systeem van aanslagen geregeld. De belastingaanslagen worden opgemaakt aan het begin van het belastingjaar of bij aanvang van de belastingplicht. De invordering van de heffing vindt plaats via automatische incasso, mits de betrokkene hiertoe een machtiging heeft afgegeven. Dit proces is geregeld in afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990.
In het geval van een machtiging voor automatische incasso, wordt de heffing verdeeld in tien gelijke termijnen. De eerste incassotermijn is afhankelijk van de datum van de dagtekening van het aanslagbiljet. Als deze gelegen is voor of op de 15e van een maand, vindt de eerste incasso diezelfde maand plaats. Anders vindt de eerste termijn pas aan het einde van de volgende maand plaats.
De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op deze termijnen, wat betekent dat de betaling volgens de regels van deze verordening moet plaatsvinden, en niet volgens algemene wettelijke regels voor betalingstermijnen.
Overgangsrecht en inwerkingtreding
Bij de inwerkingtreding van de regelingen voor 2020 en 2021 is overgangsrecht van toepassing. De verordening van 2019 werd ingetrokken met ingang van 1 januari 2020, maar bleef van toepassing op belastbare feiten die zich voor deze datum voordeden. Op soortgelijke wijze werd de verordening van 2020 ingetrokken met ingang van 1 januari 2021, maar bleef geldig voor feiten die zich daarvoor voordeden.
De inwerkingtreding van de regelingen is automatisch met ingang van de eerste dag na de bekendmaking. Dit betekent dat de regelgeving direct van kracht wordt zodra deze officieel is gepubliceerd. De verordeningen worden aangehaald onder de titels "Verordening afvalstoffenheffing 2020" en "Verordening afvalstoffenheffing 2021".
Uitvoering en decentralisatie
De uitvoering van de regelingen valt onder de bevoegdheden van de gemeente Zwolle. De gemeenteraad heeft de verordeningen vastgesteld op basis van voorstellen van het college van burgemeester en wethouders. De gemeente heeft een brede verantwoordelijkheid voor kwaliteit in de uitvoering van deze regelingen. Deze kwaliteitsuitvoering is ook onderdeel van een landelijke afspraak met het kabinet, waarbij de VNG en het IPO een modelverordening hebben opgesteld die door gemeenteraden en provinciale staten kan worden vastgesteld.
De uitvoering van de regelingen is geregeld op basis van vertrouwen en decentralisatie. Dit betekent dat een belangrijk deel van de besluitvorming over de kwaliteit van de uitvoering decentraal plaatsvindt. De gemeente is verantwoordelijk voor het naleven van landelijke kwaliteitsnormen. Deze verantwoordelijkheid omvat ook taken die niet direct gerelateerd zijn aan milieubeheer, zoals zaken die vallen onder de BRIKS-taken (bouw-, reclame-, inrit-, kap- en sloopvergunningen).
Betalingstermijnen en incasso
De betaling van de afvalstoffenheffing is geregeld via automatische incasso, indien de betrokkene hiertoe een machtiging heeft afgegeven. In dergelijke gevallen wordt de heffing verdeeld in tien maandelijkse termijnen. De eerste incasso is afhankelijk van de dagtekening van het aanslagbiljet. Als deze gelegen is voor of op de 15e van een maand, wordt de eerste incasso diezelfde maand uitgevoerd. In andere gevallen vindt de eerste termijn pas aan het einde van de volgende maand plaats.
De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op deze termijnen, wat betekent dat de betaling volgens de regels van de verordening moet plaatsvinden. Dit biedt een duidelijke structuur voor de betalingstermijnen en voorkomt mogelijke verwarring met algemene wettelijke regels voor betalingstermijnen.
Informatie en klachten
Indien iemand gelooft dat de inhoud van de regelingen onjuist is, wordt geadviseerd contact op te nemen met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. De gemeente Zwolle is verantwoordelijk voor de inhoud van de regelingen. Contactgegevens van deze organisatie kunnen opgezocht worden via de website organisaties.overheid.nl.
Problemen met de werking van de website of links kunnen gemeld worden via een e-mail naar [email protected]. De gemeente streeft naar een open en transparante communicatie over de toepassing en uitvoering van de regelingen.
Conclusie
De afvalstoffenheffing in Zwolle is een belangrijk onderdeel van de milieubeheerregelingen van de gemeente. Deze heffing is ontworpen om de inzameling en verwerking van huishoudelijke afvalstoffen te financieren en te reguleren. De regelingen voor 2020 en 2021 zijn uitgebreid en duidelijk in hun toepassing, met nadruk op transparantie en verantwoordelijkheid. De betaling van de heffing is geregeld via automatische incasso, waarbij duidelijke betalingstermijnen zijn vastgelegd. De uitvoering van de regelingen valt onder de bevoegdheden van de gemeente en is geregeld op basis van decentralisatie en vertrouwen. Deze aanpak zorgt voor een consistente en kwaliteitsvolle uitvoering van de regelingen.