Makersfestival Zwolle: Techniek, Creativiteit en Duurzaamheid in Actie
september 24, 2025
Het geval van een cardioloog uit het ziekenhuis Isala in Zwolle heeft de afgelopen jaren veel aandacht getrokken. De arts is door de familie van een overleden patiënt uit Kampen beschuldigd van medische nalatigheid, wat zou hebben geleid tot het overlijden van zijn vrouw Lies. De zaak is voorgelegd aan het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg in Zwolle en heeft leiding gegeven tot een uitspraak die als "ernstig verwijtbaar" is gekarakteriseerd, maar waarbij de cardioloog slechts een waarschuwing heeft gekregen.
De kwestie gaat terug tot februari 2018, toen Lies, 66 jaar oud, op leeftijd en in de kliniek overleed aan hartfalen. Haar echtgenoot, Henk, stelt dat haar dood voorkomen had kunnen worden, mits de cardioloog op tijd had ingegrepen. Hij wijt de vertraging in de behandeling aan nalatigheid en ondeskundigheid van de arts. De zaak is sindsdien doorlopen via het tuchtcollege en is nu in de finale fase, met een uitspraak die op uiterlijk 23 april is afgegeven.
Deze gebeurtenis raakt niet alleen het individuele lot van deze familie, maar ook de bredere kwestie van medische verantwoordelijkheid en ethiek in de gezondheidszorg. De betrokken cardioloog is sinds 2014 verantwoordelijk voor het volgen van het medische traject van Lies, die leed aan een aangeboren hartafwijking: de bicuspide aortaklep. Deze aandoening is relatief veel voorkomend en vereist regelmatige medische controle, met mogelijke operatie wanneer de hartfunctie afneemt.
Het tuchtcollege heeft in zijn uitspraak erkend dat de cardioloog in meerdere opzichten verkeerd heeft gehandeld, en dat zijn gedrag als "ernstig verwijtbaar" kan worden bestempeld. Toch is de arts niet gestraft, maar heeft hij slechts een waarschuwing gekregen. De reden hiervoor is dat de cardioloog achteraf volmondig heeft toegestaan dat hij anders had moeten handelen en dat hij tijdens de afgelopen jaren ook betrokken was geweest bij een strafrechtelijk onderzoek, wat hem mentaal heeft belast.
De kwestie van de medische verantwoordelijkheid in dit geval roept belangrijke vragen op over de kwaliteit van de zorg, de toezichtfunctie en de mogelijkheden voor patiënten en hun familie om recht te krijgen op adequate medische behandeling. Het is een zorgzame zaak die niet alleen een persoonlijk drama belichaamt, maar ook een bredere ethiek- en medische discussie aandoet.
Lies uit Kampen werd in 2014 opgenomen in het medische traject van de cardioloog van het ziekenhuis Isala in Zwolle. Ze leed aan een bicuspide aortaklep, een aangeboren hartafwijking die leidt tot het vroegtijdig verslechteren van de hartfunctie. Deze aandoening is genetisch bepaald en komt relatief vaak voor, met een incidentie van ongeveer 1 op de 150 personen. In de regel wordt het opgemerkt tijdens een routine-echocardiografie of bij het voelen van een ongewoon hartgeluid.
De aortaklep bestaat normaal uit drie sluitschijven (valvulaire leaflets), die ervoor zorgen dat het bloed in de juiste richting stroomt. Bij een bicuspide aortaklep zijn er slechts twee sluitschijven aanwezig. Deze aanwezigheid maakt de klep kwetsbaarder voor vernauwing (stenose) of terugstroming (insufficiëntie) van bloed. Het is een geleidelijk verlopende aandoening, maar er zijn ook gevallen waarin de symptomen plotseling verscherpen.
Lies had sinds 2014 jaarlijks medische controle bij de cardioloog uit Zwolle. Deze controle bestond uit echocardiografie en een beoordeling van de hartfunctie. De cardioloog had zich in zijn medisch rapporten uitgebreid uitgelaten over het verloop van de aortaklepstenose en had gewaarschuwd dat, bij verergering van de symptomen, een operatie mogelijk zou zijn. In zijn rapportages had hij opgemerkt dat bij een snelle verergering rekening gehouden moest worden met een spoedoperatie.
Toch, volgens het verhaal van Henk, is de cardioloog nooit op tijd ingegrepen. Tijdens de jaren die volgden, is het lijden van Lies gestegen, zonder dat er sprake was van een duidelijke medische actie. In februari 2018 bracht Henk zijn vrouw naar het ziekenhuis in Zwolle voor een pre-operatiegesprek. Daar ontdekte de anesthesist dat de situatie zo ernstig was dat directe opname noodzakelijk was. De diagnose was hartfalen op basis van aortaklepstenose. Vijf dagen later was Lies overleden.
Henk heeft sinds de overlijden van zijn vrouw een juridisch traject gestart om de verantwoordelijkheid van de cardioloog in kaart te brengen. Hij heeft eerst geprobeerd om via het strafrecht een rechtszaak aan te hangen, maar de rechtbank heeft hem verwezen naar het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg in Zwolle. Dit tuchtcollege is verantwoordelijk voor het toezicht op medische gedrag en het beoordelen van klachten over verkeerd of nalatig gedrag van zorgverleners.
Voor het tuchtcollege heeft Henk getuige gestaan en heeft hij zijn klacht ingediend. Zijn verwijt is duidelijk: de cardioloog had op tijd ingegrepen moeten hebben, wat het overlijden van zijn vrouw mogelijk zou hebben voorkomen. Volgens hem was de cardioloog nalatig en ondeskundig in zijn benadering van het medische probleem.
De cardioloog heeft zijn eigen verweer ingediend. In zijn verweerschrift heeft hij erkend dat hij op meerdere momenten anders had kunnen handelen, maar hij wijt het verloop van de zaak ook toe aan de complexiteit van het medische probleem. Hij wijst erop dat de aortaklepstenose een geleidelijk verlopende aandoening is, die niet altijd duidelijk verergering laat zien in de medische beoordeling. Hij benadrukt dat hij de situatie heeft gevolgd en dat zijn beslissingen zijn gebaseerd op medische standaarden.
De tuchtcollege heeft het dossier onderzocht en heeft een uitspraak gedaan. De uitspraak is op 10 mei 2012 afgelegd, maar de zaak is herhaaldelijk voorgelegd. In de uiteindelijke uitspraak heeft het tuchtcollege erkend dat de cardioloog inderdaad nalatig is geweest in zijn medische beslissingen. De arts heeft zich "ernstig verwijtbaar" gedragen, wat normaal gesproken zou leiden tot een berisping of een andere strafmaatregel. Toch heeft het college bepaald dat een waarschuwing voldoende is.
De reden hiervoor is dat de cardioloog achteraf volmondig heeft toegestaan dat hij anders had moeten handelen en dat hij tijdens de afgelopen jaren ook betrokken was geweest bij een strafrechtelijk onderzoek, wat hem mentaal heeft belast. Het tuchtcollege heeft er rekening mee gehouden dat de arts niet alleen medisch, maar ook persoonlijk heeft geleden door de gebeurtenis.
Henk is gedeeltelijk tevreden met de uitspraak van het tuchtcollege, maar hij benadrukt dat hij pas voldoende afstand kan nemen van de zaak als de cardioloog op een concreet niveau wordt gestraft. Hij overweegt om in hoger beroep te treden bij het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg in Den Haag. In een hoger beroep zou hij kunnen proberen om de uitspraak van het regionale college te ondermijnen en een andere strafmaatregel te verkrijgen, zoals een berisping of zelfs een verbanning uit de medische praktijk.
Henk benadrukt dat de excuses van de cardioloog hem niet meer troosten. Hij zegt dat de arts pas begrijpen kan wat hij heeft veroorzaakt als hij opnieuw moet omgaan met de gevolgen van zijn daad. Hij benadrukt ook dat hij niet probeert om persoonlijke wraak te nemen, maar dat hij wil dat de arts leert uit zijn fout.
Henk zegt dat hij zich tijdens de afgelopen jaren heeft afgevraagd of zijn vrouw nog zou leven als de cardioloog op tijd had ingegrepen. Hij zegt dat hij niet weet of dat zou zijn gebeurd, maar hij is ervan overtuigd dat de arts verantwoordelijk is voor het feit dat het niet is gebeurd.
De zaak van Lies en Henk roept belangrijke vragen op over de medische verantwoordelijkheid en de toezichtfunctie in de gezondheidszorg. Het gaat niet alleen om een individueel drama, maar ook om een bredere discussie over de kwaliteit van de medische zorg en de mogelijkheden voor patiënten en hun familie om recht te krijgen op adequate behandeling.
In de medische praktijk zijn er duidelijke richtlijnen voor de beoordeling van hartafwijkingen zoals de bicuspide aortaklep. De behandeling van dergelijke aandoeningen is geregeld in de richtlijnen van de Nederlandse Vereniging voor Cardiologie en is gebaseerd op internationale standaarden. De cardioloog uit Zwolle had zich in zijn verweer op deze richtlijnen gebaseerd, maar hij heeft erkend dat hij op meerdere momenten anders had kunnen handelen.
De zaak benadrukt ook de rol van het tuchtcollege in de medische sector. Het tuchtcollege is verantwoordelijk voor het toezicht op het gedrag van zorgverleners en voor het beoordelen van klachten. Het college heeft in zijn uitspraak erkend dat de cardioloog nalatig is geweest, maar het heeft ook rekening gehouden met de persoonlijke omstandigheden van de arts.
De zaak benadrukt ook de moeilijkheid van het medische proces. In de medische praktijk is het niet altijd mogelijk om te voorspellen hoe een aandoening zich zal ontwikkelen. De cardioloog uit Zwolle had zich in zijn verweer op deze complexiteit gebaseerd, maar hij heeft erkend dat hij op meerdere momenten anders had kunnen handelen.
De zaak van de cardioloog uit Zwolle en de overleden vrouw uit Kampen benadrukt de complexiteit van de medische zorg en de verantwoordelijkheid van zorgverleners. De cardioloog is erkend als nalatig en heeft zich "ernstig verwijtbaar" gedragen, maar hij is niet gestraft, maar heeft slechts een waarschuwing gekregen. De reden hiervoor is dat hij achteraf volmondig heeft toegestaan dat hij anders had moeten handelen en dat hij tijdens de afgelopen jaren ook betrokken was geweest bij een strafrechtelijk onderzoek, wat hem mentaal heeft belast.
De zaak benadrukt ook de moeilijkheid van het medische proces en de rol van het tuchtcollege in de medische sector. Het tuchtcollege is verantwoordelijk voor het toezicht op het gedrag van zorgverleners en voor het beoordelen van klachten. Het college heeft in zijn uitspraak erkend dat de cardioloog nalatig is geweest, maar het heeft ook rekening gehouden met de persoonlijke omstandigheden van de arts.
De zaak benadrukt ook de belangrijkheid van het juridisch traject in de medische sector. De klacht van Henk is voorgelegd aan het tuchtcollege en heeft geleid tot een uitspraak die als "ernstig verwijtbaar" is gekarakteriseerd. Henk overweegt om in hoger beroep te treden, maar hij benadrukt dat hij pas voldoende afstand kan nemen van de zaak als de cardioloog op een concreet niveau wordt gestraft.
De zaak benadrukt ook de noodzaak van een transparante medische sector, waarin patiënten en hun familie recht kunnen krijgen op adequate behandeling. Het is een zaak die niet alleen een persoonlijk drama belichaamt, maar ook een bredere discussie aandoet over de kwaliteit van de medische zorg en de verantwoordelijkheid van zorgverleners.