Nederland en de stijgende ontkerkelijking: Een overzicht van religieuze trends

In de afgelopen decennia is er een duidelijke verandering in religieuze attitudes te bespeuren in Nederland. Het land, traditioneel sterk gekenmerkt door christelijke waarden en tradities, lijkt steeds minder christelijk te worden. De ontkerkelijking zet door, waarbij steeds meer mensen geen lid zijn van een christelijke kerk en hun geloof afnemen. Toch blijkt uit recente onderzoeken dat Nederlanders ook zonder kerk en geloof verbondenheid en gemeenschap kunnen ervaren. In dit artikel wordt een overzicht gegeven van de huidige religieuze trends in Nederland, met een focus op de daling van het christendom, de toegenomen waardering voor kerken als culturele en symbolische instellingen, en de veranderingen in religieuze identiteit.

Veranderingen in religieuze identiteit

De religieuze identiteit van Nederlanders is in de loop der jaren sterk veranderd. In 2015 gaf nog 25 procent van de bevolking ouder dan 17 jaar aan tot een christelijke kerk te behoren. Tien jaar later is dit aandeel gedaald tot 19 procent. Deze daling is vooral duidelijk waar het gaat om de Rooms-Katholieke Kerk in de Protestantse Kerk Nederland (PKN), terwijl kleinere orthodoxe kerken juist relatief stabiel blijven.

In 2015 geloofde 42 procent van de bevolking in God of een hogere macht. In 2024 is dit percentage gedaald naar 36 procent. Dit betekent dat het aandeel ongelovigen en niet-kerkelijke Nederlanders toeneemt. Ook de praktijk van het geloof is afgenomen. In 2015 bijvoorbeeld, woonden 18 procent van de Nederlanders regelmatig of soms een kerkdienst. Tien jaar later is dit gedaald naar 14 procent. Bovendien lezen minder Nederlanders de Bijbel en bidden ze minder regelmatig.

Hoewel de praktijk en het geloof afnemen, blijft religie voor een deel van de bevolking toch van belang. In 2024 geeft 59 procent van de respondenten aan dat religie belangrijk is voor het behoud van normen en waarden, en 43 procent vindt dat religie ook een rol speelt in de Nederlandse identiteit. Deze stijging in waardering voor religie duidt op een paradoxale ontwikkeling: terwijl minder mensen geloven of actief deelnemen aan religieuze rituelen, is religie nog steeds gezien als een onderdeel van de Nederlandse identiteit.

De rol van de kerk in de samenleving

De rol van de kerk in de Nederlandse samenleving is veranderd. Hoewel het kerkbezoek afneemt, is er toch een toenemende waardering voor kerken als onderdeel van de samenleving. In 2024 geeft 61 procent van de Nederlandse bevolking aan dat het geen goede zaak is als de kerken zouden verdwijnen, tegenover 54 procent in 2015. Deze toegenomen waardering is vooral duidelijk onder niet-kerkelijke Nederlanders. De onderzoekers spreken zelfs van een trendbreuk: generatie Z, jongeren tussen 17 en 27 jaar, is positiever over kerk en geloof dan voorgaande generaties.

Bovendien blijkt dat 59 procent van de bevolking voor het behoud van christelijke feestdagen als nationale feestdagen is. Slechts 5 procent is voorstander van het volledig afschaffen van deze feestdagen. Dit suggereert dat, ondanks de ontkerkelijking, christelijke tradities nog steeds een belangrijke rol spelen in de Nederlandse maatschappij.

Regionale verschillen in religieuze toewijding

Hoewel de ontkerkelijking in Nederland in het algemeen zet door, zijn er duidelijke regionale verschillen. In veel gebieden in Noord-Brabant en Limburg geeft meer dan de helft van de bevolking aan religieus te zijn, vooral katholiek. Toch blijft het aandeel mensen dat regelmatig naar een religieuze dienst gaat beperkt tot maximaal 14 procent. Dit duidt op het fenomeen van de "randkerkelijke": mensen die wel tot een religieuze groep behoren, maar niet actief deelname nemen aan religieuze praktijken.

In gebieden met een hoger protestants aandeel, zoals Noord-Overijssel, is het fenomeen van de randkerkelijke minder duidelijk. Daar is 41 procent van de bevolking protestant, en 31 procent gaat minstens een keer per maand naar een religieuze dienst. Een ander voorbeeld is de Veluwe, waar 37 procent protestant is en 30 procent regelmatig een dienst bijwoont.

De volgende tabel geeft een overzicht van de religieuze samenstelling en deelname aan religieuze diensten in verschillende regio’s van Nederland:

Regio Religieus Katholiek Protestants Islam Andere Bezoekt regelmatig religieuze dienst
Nederland 49,3 23,2 15,6 4,9 5,7 15,3
Oost-Groningen 31,4 5,8 19,0 1,3 5,2 12,3
Delfzijl en omgeving 40,5 3,3 26,7 3,1 7,4 17,4
Overig Groningen 35,6 5,6 21,4 2,9 5,7 15,4
Noord-Friesland 43,4 5,6 30,3 0,7 6,8 17,9
Zuidwest-Friesland 47,1 10,3 29,8 1,2 5,9 17,9
Zuidoost-Friesland 37,5 4,9 26,0 1,8 4,9 17,7
Noord-Drenthe 32,3 4,1 22,5 0,9 4,9 14,1
Zuidoost-Drenthe 39,3 13,1 20,7 1,1 4,4 11,1
Zuidwest-Drenthe 42,4 4,5 31,9 1,2 4,8 16,8
Noord-Overijssel 58,7 9,1 40,7 1,9 6,9 31,3

De toekomst van religie in Nederland

De toekomst van religie in Nederland is onzeker. Aan de ene kant blijft de ontkerkelijking zetten door, en neemt het aandeel gelovigen en kerkgangers af. Aan de andere kant blijft religie – of in ieder geval de symbolische en culturele rol van de kerk – belangrijk voor een deel van de bevolking. De toegenomen waardering voor kerken en religieuze feestdagen suggereert dat religie in Nederland niet volledig verdwijnt, maar wel verandert in functie en invloed.

Een interessante ontwikkeling is de verandering in attitudes bij jongere generaties. Hoewel generatie Z in veel opzichten minder gelovig is, is er toch een grotere waardering voor kerk en geloof dan bij voorgaande generaties. Dit suggereert dat religie in de toekomst een andere vorm kan aannemen, misschien minder gericht op tradities en praktijk, maar meer op ethiek, identiteit en culturele waarde.

Samenlevingsverbanden en religieuze pluraliteit

De ontkerkelijking heeft ook gevolgen voor de verhoudingen tussen verschillende groepen in de samenleving. Atheïsten en agnosten vormen nu een meerderheid onder de bevolking, terwijl religieuze groepen minderheden zijn geworden. Dit betekent dat de zoektocht naar zingeving en zelfverwezenlijking voor velen een individuele zaak is geworden. Deze maatschappelijke verandering heeft invloed op hoe mensen omgaan met religie, en hoe religie in de samenleving geplaatst wordt.

Religieuze pluraliteit is een realiteit geworden. Naast christelijke tradities zijn er ook andere religieuze groepen vertegenwoordigd, zoals moslims, hindoes, joden en boeddhisten. Deze groepen maken deel uit van de Nederlandse maatschappij en dragen bij aan de culturele diversiteit. De verhoudingen tussen deze groepen en de bredere samenleving zijn een belangrijk onderwerp in het huidige debat over identiteit en integratie.

Conclusie

Nederland is op weg om steeds minder christelijk te worden. De ontkerkelijking zet door, en het aandeel van gelovigen en kerkgangers neemt af. Toch blijkt dat religie in Nederland nog steeds een rol speelt, niet in de eerste plaats als een praktijk, maar als een culturele en symbolische waarde. De waardering voor kerken en religieuze feestdagen is toegenomen, en jongere generaties tonen zelfs meer waardering voor kerk en geloof dan voorgaande generaties.

De toekomst van religie in Nederland is dus niet alleen bepaald door afname, maar ook door verandering. Religie zal waarschijnlijk een andere vorm aannemen, gericht op ethiek, identiteit en culturele waarde, in plaats van ritueel en traditie. In de tussentijd blijft de kerk als instelling belangrijk, niet alleen voor religieuze Nederlanders, maar ook voor de bredere samenleving.

Bronnen

  1. Nederland minst christelijke land in West-Europa
  2. Nederlanders hebben geen kerk nodig voor verbondenheid
  3. Secularisatie in Nederland zet door maar waardering voor kerk stijgt
  4. Wie zegt dat Nederland een onchristelijk land is?
  5. Ontkerkelijking leidt tot nieuwe verhoudingen in de samenleving
  6. Religieuze betrokkenheid in Nederland

Related Posts