Nederlandse Dorpnaam in Zuid-Afrika: Een Reis naar de Nederlandse Erfenis
juli 17, 2025
In het kader van het Jaar van de Ruimte zijn duizenden leerlingen in Nederland geweest uitgedaagd om hun visie op de toekomst van het land te schetsen. Bij de wedstrijd Atlas van de Toekomst hebben ze hun ideeën omgezet in kaarten die hun beeld van Nederland in 2040 illustreren. Deze initiatieven tonen niet alleen de creativiteit en betrokkenheid van jongeren, maar ook mogelijke toekomstige ontwikkelingen rondom stedelijke groei, duurzaamheid en ruimtelijke ordening. In dit artikel wordt ingegaan op de toekomstscenario's die leerlingen hebben uitgewerkt, de thema’s die herhaaldelijk terugkeren, en wat deze kaarten betekenen voor de toekomst van het Nederlandse landschap.
De wedstrijd Atlas van de Toekomst is georganiseerd door het KNAG (Kadaster, Nederlands Aardrijkskundig Genootschap), en is bedoeld om jongeren te betrekken bij het denken over de toekomstige inrichting van Nederland. Meer dan 2.500 leerlingen uit heel Nederland namen deel, waarbij 92 atlassen werden ingezonden. Leerlingen werkte vier verschillende toekomstscenario's uit, die beiden klimaatverandering, demografische veranderingen en technologische ontwikkelingen in ogenschouw namen. De uitkomsten van deze wedstrijd tonen een rijke en divers visie op hoe Nederland er over tien jaar zou kunnen uitzien.
In het scenario van groei en concentratie wordt voorgesteld dat Nederland in 2040 sterker geconcentreerd is in grote steden. Het westen van het land is het dichtst bevolkt, met steden als Arnhem en Nijmegen die aanzienlijk in omvang zijn toegenomen. Groene daken, duurzame woningen en hoge bebouwing vormen de kern van dit scenario. Steden worden groter, maar het leefmilieu binnen deze steden moet op een leefbare manier worden gemaakt. De leerlingen stellen voor dat met een goed ontwerp en toegang tot groen en recreatie, het stadsleven aantrekkelijker wordt.
Het tweede scenario, groei en spreiding, gaat ervan uit dat er niet alleen groei is in de steden, maar ook in de regio’s daarbuiten. In dit beeld van 2040 groeien de steden in het westen, maar tegelijkertijd ontstaan er ook nieuwe woonlagen in de periferie. Deze woningen zijn vaak gemaakt van recyclemateriaal en zijn gericht op duurzaamheid. Hierbij ontstaan ook lokale gemeenschappen die sterk zijn verankerd in hun omgeving. In het noorden en oosten van Nederland, zoals in Groningen en Limburg, zijn door demografische krimp nu ruimere natuurgebieden ontstaan.
In dit scenario is de nadruk op duurzaamheid en het creëren van leefbare steden. De leerlingen stellen voor dat steden in 2040 niet alleen groter zijn, maar ook groener. Groene daken, binnenlandse zeeën en steden met veel ruimte voor recreatie vormen het beeld van de toekomst. In dit scenario wordt ook aandacht besteed aan de verdeling van de groei. Steden zoals Drenthe worden uitgebreid met zorgvoorzieningen en recreatie, waardoor ze ook aantrekkelijk worden voor senioren.
Het laatste scenario stelt voor dat Nederland in 2040 uitgroeit naar een land waar zowel stedelijke als landelijke gebieden groen zijn en leefbaar. Het accent ligt hier op het verdelend van groei en het ontwikkelen van duurzame woonomgevingen in de periferie. Het IJsselmeer en Markermeer zijn ingepolderd om ruimte te maken voor woningen, terwijl tegelijkertijd ook de mobiliteit is verbeterd via een uitgebreid spoor- en metro-netwerk. Hierbij is ook sprake van een digitale snelweg, waardoor minder transport nodig is en mensen vaker vanuit huis werken.
De leerlingen zijn niet alleen in staat geweest om deze vier scenario's visueel te verwerken, maar ook om innovatieve ideeën te ontwikkelen. Zo is er bijvoorbeeld sprake van een centraal gelegen luchthaven, zoals Schiphol is verplaatst naar een centraal punt in het land. Ook is er sprake van supersnelle metro’s die de grote steden met elkaar verbinden. Daarnaast is er aandacht voor het creëren van groene steden, met bijvoorbeeld groene daken en recreatiegebieden die het stadsleven positief beïnvloeden.
De winnende atlas, ingezonden door klas B1 van Melanchthon Schiebroek, is een uitstekend voorbeeld van hoe leerlingen deze abstracte scenario’s kunnen vertalen naar hun eigen leefomgeving. De kaarten zijn duidelijk, goed uitgewerkt en voorzien van gedetailleerde legendes. De leerlingen wilden graag wonen in een duurzame stad met groene daken en gezonde lucht. Dit toont aan dat jongeren zich niet alleen bewust zijn van de klimaatuitdagingen, maar ook bereid zijn om actief bij te dragen aan duurzame oplossingen.
De wedstrijd Atlas van de Toekomst heeft ook een educatieve functie. Door het uitwerken van scenario's en het tekenen van kaarten leren leerlingen hoe ruimtelijke ordening werkt en hoe maatschappelijke trends als klimaatverandering, demografische veranderingen en digitale ontwikkelingen beïnvloed worden door politieke en economische keuzes. Zo is bijvoorbeeld duidelijk dat het compactestadbeleid uit de Derde Rijksnota en de stedelijke netwerken uit de Vijfde Rijksnota voorbeelden zijn van concentratiebeleid, terwijl de gebundelde deconcentratie uit de Tweede Rijksnota een voorbeeld is van spreidingsbeleid.
De leerlingen zijn ook uitgedaagd om na te denken over de vraag of Nederland een samenleving zal zijn waar economische groei en internationale concurrentie centraal staan, of een samenleving waar duurzaamheid en recycling prioriteit krijgen. De uitkomsten van deze overwegingen zijn duidelijk te zien in de verschillende scenario's. In sommige kaarten is er aandacht voor groei en economische ontwikkeling, in andere voor duurzaamheid en ecologisch evenwicht.
Een andere thema die regelmatig terugkomt in de kaarten is de toekomst van mobiliteit. In 2040 wordt Nederland volgens de leerlingen beter met elkaar verbonden, met een uitgebreid spoor- en metro-netwerk. De infrastructuur is verbeterd, en wegen zijn dubbeldeks geworden. Daarnaast is er sprake van een digitale snelweg, waardoor minder transport nodig is en mensen vaker vanuit huis werken. Schiphol is verplaatst naar een centraal gelegen punt in het land, wat de logistiek en toegankelijkheid verbetert.
Een van de innovatieve ideeën die leerlingen hebben opgenomen in hun kaarten is het gebruik van duurzame energie en het creëren van leefomgevingen die niet alleen functioneel, maar ook leefbaar zijn. Groene daken, zonnepanelen en geothermische energie zijn regelmatig te zien in de kaarten. Ook is er sprake van het ontwikkelen van seniorensteden, waar mensen in hun ouderdom kunnen wonen in een gezond en leefbaar milieu.
Ook de economische ontwikkelingen zijn onderwerp van de leerlingenkaarten. In het scenario van groei en concentratie is er sprake van een sterkere economische groei in de steden, waarbij bedrijven en innovatieve sectoren zich vestigen in hoofdsteden en grote steden. In het scenario van groen en spreiding is er meer aandacht voor lokale economieën en duurzame bedrijven die zich in de regio’s vestigen. Hierbij ontstaan er ook nieuwe arbeidsmarkten in de periferie, waarbij mensen niet alleen in steden werken, maar ook dichter bij hun woning.
In beide scenario's is er sprake van een verandering in de manier waarop mensen werken. Door digitale ontwikkelingen en de komst van de digitale snelweg werken mensen vaker vanuit huis. Dit heeft ook gevolgen voor de infrastructuur en de manier waarop steden worden ingedeeld. In 2040 is er dus minder behoefte aan grote kantoren in steden, en meer ruimte voor recreatie, wonen en groen.
Een van de kernthema’s in de leerlingenkaarten is duurzaamheid. In alle vier de scenario's is er sprake van maatregelen die gericht zijn op het creëren van leefbare steden en regio’s. Groene daken, duurzame woningen, zonnepanelen en geothermische energie zijn regelmatig te zien in de kaarten. Ook is er sprake van het hergebruik van materialen en het ontwikkelen van circulaire economieën. In sommige scenario’s is er zelfs sprake van het ontwikkelen van binnenlandse zeeën of het inrichten van steden met veel groen en recreatie.
De leerlingen zijn ook bewust van de klimaatuitdagingen en de noodzaak om maatregelen te nemen om CO2-uitstoot te verminderen. In hun kaarten is te zien dat steden worden ontworpen op een manier die aandacht besteedt aan duurzaamheid, luchtkwaliteit en leefbaarheid. Ook is er sprake van het ontwikkelen van natuurgebieden, zoals in Groningen en Limburg, waar demografische krimp heeft geleid tot het vrijmaken van ruimte voor recreatie en groen.
Een ander aspect dat regelmatig terugkomt in de kaarten is demografie. In 2040 wordt verwacht dat Nederland meer inwoners heeft. Meer kinderen worden geboren en er vestigen zich meer buitenlanders. Hierdoor groeien de steden, en is er behoefte aan extra woonruimte. In het westen van het land, met steden als Arnhem en Nijmegen, is er een sterke groei. De leerlingen stellen voor dat deze groei moet gepaard gaan met een leefbare inrichting van steden, waarbij er aandacht is voor groen, recreatie en gezonde lucht.
Daarnaast is er ook sprake van demografische krimp in bepaalde regio’s, zoals in Groningen en Limburg. In deze regio’s is er ruimte ontstaan die nu kan worden ingezet voor natuurgebieden en recreatie. Hierdoor ontstaat een contrast tussen stedelijke groei in het westen en een toename van groen en ruimte in het noorden en oosten van Nederland.
De leerlingenkaarten tonen ook hoe ruimtelijke ordening in 2040 kan zijn. In het scenario van groei en concentratie is er sprake van een compacte inrichting van steden, waarbij woningen dicht bij elkaar staan en er een sterke inrichting is van open ruimte en recreatie. In het scenario van groen en spreiding is er meer aandacht voor het verdelend van groei en het ontwikkelen van woonlagen in de periferie. Hierbij ontstaan ook nieuwe gemeenschappen die sterk zijn verankerd in hun omgeving.
In beide scenario’s is er sprake van een verandering in de manier waarop steden en regio’s worden ingedeeld. In 2040 is Nederland dus niet alleen bevolkeringsgroter, maar ook beter ingedeeld met aandacht voor leefbaarheid, duurzaamheid en groen.
Technologische ontwikkelingen zijn ook een belangrijk aspect in de leerlingenkaarten. In 2040 wordt Nederland volgens de leerlingen beter verbonden met digitale infrastructuur. Er is sprake van een digitale snelweg, waardoor minder transport nodig is en mensen vaker vanuit huis werken. Dit heeft gevolgen voor de manier waarop steden worden ingedeeld, en voor de vraag naar woonruimte in steden.
Daarnaast is er ook sprake van het gebruik van duurzame energie en het creëren van leefomgevingen die niet alleen functioneel, maar ook leefbaar zijn. Groene daken, zonnepanelen en geothermische energie zijn regelmatig te zien in de kaarten. Ook is er sprake van het ontwikkelen van seniorensteden, waar mensen in hun ouderdom kunnen wonen in een gezond en leefbaar milieu.
De Atlas van de Toekomst biedt een rijke en divers visie op hoe Nederland in 2040 eruit kan zien. Door het uitwerken van vier toekomstscenario's hebben leerlingen hun ideeën over stedelijke groei, duurzaamheid, demografie en ruimtelijke ordening kunnen vastleggen in kaarten. Deze kaarten tonen niet alleen de creativiteit en betrokkenheid van jongeren, maar ook mogelijke toekomstige ontwikkelingen die van belang zijn voor het Nederlandse landschap.
De leerlingenkaarten tonen duidelijk dat jongeren zich bewust zijn van de klimaatuitdagingen en de noodzaak om maatregelen te nemen om CO2-uitstoot te verminderen. In hun kaarten is te zien dat steden worden ontworpen op een manier die aandacht besteedt aan leefbaarheid, groen en recreatie. Ook is er sprake van het hergebruik van materialen en het ontwikkelen van circulaire economieën.
De wedstrijd Atlas van de Toekomst is een inspirerende manier om jongeren te betrekken bij het denken over de toekomst van Nederland. Door het uitwerken van scenario's en het tekenen van kaarten leren leerlingen hoe ruimtelijke ordening werkt en hoe maatschappelijke trends beïnvloed worden door politieke en economische keuzes. Deze wedstrijd is daarom een waardevolle bijdrage aan het Jaar van de Ruimte en een inspiratiebron voor toekomstige ontwikkelingen in Nederland.