Van Nederland naar het Midden-Oosten: Een Route naar Saudi-Arabië
juli 17, 2025
De demografie van gezinnen in Nederland blijft een belangrijk onderwerp in het licht van veranderende maatschappelijke trends. Het aantal gezinnen met kinderen is stabiel gebleven in 2024, waarbij het aantal gezinnen met kinderen bijna 2,6 miljoen bedraagt. Deze groep maakt een aanzienlijk deel uit van de Nederlandse bevolking en speelt een cruciale rol in het sociale en culturele landschap van het land. De verdeling van gezinsvormen is veranderd: er is een toename van eenoudergezinnen, terwijl het aantal tweeoudergezinnen gedaald is. Bovendien is er sprake van regionale verschillen in de verdeling van gezinnen, waarbij de bevolkingsdichtheid en sociale context een rol spelen.
In dit artikel wordt een overzicht gegeven van de actuele cijfers en trends van gezinnen met kinderen in Nederland. Aan de hand van recente gegevens uit betrouwbare bronnen wordt ingegaan op de verdeling van gezinsvormen, het aantal kinderen per gezin, leeftijdsspecifieke verdelingen, en regionale verschillen. De informatie biedt een duidelijk beeld van hoe gezinnen in Nederland zijn samengesteld en welke ontwikkelingen zich hebben voorgedaan in de afgelopen jaren.
In 2024 is de verdeling van gezinsvormen in Nederland hetzelfde gebleven als in 2023. Tweeoudergezinnen vormen nog steeds de meeste groep, met 77 procent van alle gezinnen met kinderen. Eenoudergezinnen vormen 23 procent. De meeste eenoudergezinnen bestaan uit een alleenstaande moeder met een of meerdere kinderen. Deze cijfers zijn overigens stabiel gebleven in de afgelopen twintig jaar, waarin het totale aantal gezinnen met kinderen is toegenomen met ruim 122.000. Binnen deze groep is er een geleidelijke toename van het aantal ongehuwde paren met kinderen, en een afname van het aantal gehuwde paren met kinderen.
Het aantal gehuwde paren met kinderen is in 2024 ruim 1,5 miljoen, wat nog steeds de meerderheid vormt. Het aantal ongehuwde paren met kinderen is gestegen tot 469.618. Het aantal eenoudergezinnen in Nederland is 618.056, wat overeenkomt met ongeveer 23 procent van alle gezinnen met kinderen. Deze groep groeit vooral in de regio Flevoland, waar bijna 19 procent van de jeugd in een eenoudergezin woont. In Overijssel daarentegen is het percentage het laagst, met bijna 13 procent.
Deze cijfers tonen aan dat de samenstelling van gezinnen in Nederland zich verandert. Er is een duidelijke trend naar een diverser gezinslandschap, waarin eenoudergezinnen en ongehuwde paren met kinderen een groter deel van de bevolking vormen. Toch blijven tweeoudergezinnen nog steeds de meest voorkomende gezinsvorm in het land.
Het gemiddelde aantal kinderen per gezin in Nederland is 1,7, wat boven het Europese gemiddelde van 1,54 ligt. De meeste gezinnen in Nederland hebben twee kinderen, wat een typische gezinsvorm is. Er zijn echter ook gezinnen met meer kinderen; in 2024 zijn er 450.000 gezinnen met vier of meer kinderen. Dit toont aan dat er ook gezinnen zijn die groter zijn dan het gemiddelde.
In de afgelopen twintig jaar is het aantal gezinnen met kinderen toegenomen, waarbij het aantal gezinnen met meerdere kinderen ook gestegen is. Het aantal gezinnen met vier of meer kinderen is stabiel gebleven, wat suggereert dat de trend van grotere gezinnen zich heeft ingevorderd, maar niet verder is gegroeid.
De verdeling van het aantal kinderen per gezin varieert per leeftijdsgroep. In 2024 zijn er ongeveer 800.000 kinderen tussen de 0 en 4 jaar, 700.000 tussen de 5 en 9 jaar, 800.000 tussen de 10 en 14 jaar, en 700.000 tussen de 15 en 18 jaar. Deze cijfers tonen aan dat de leeftijdssamenstelling van kinderen in Nederland relatief gelijk is, wat wijst op een stabiele bevolkingsgroei in deze leeftijdsgroep.
Het jongste kind in een gezin speelt een belangrijke rol in de verdeling van gezinnen met kinderen. In 2024 zijn er ruim 1,8 miljoen gezinnen met een jongste kind onder de 18 jaar. In deze groep zijn er veel gezinnen waarin het jongste kind jonger is dan 6 jaar. In 2019 waren de cijfers voor gezinnen met kinderen van 2 tot 6 jaar als volgt verdeeld:
Deze cijfers tonen aan dat gezinnen met jonge kinderen vooral voorkomen in de stedelijke gebieden van Nederland. In 2019 waren er significante aantallen gezinnen met kinderen van 2 tot 6 jaar in de hoofdstadregio en het Randstadgebied. Dit suggereert dat het aantal gezinnen met jonge kinderen in stedelijke gebieden hoger is dan in de plattelandsgebieden.
De verdeling van gezinnen met kinderen varieert per regio. In Flevoland woont bijna 19 procent van de jeugd in een eenoudergezin, wat het hoogste percentage is in Nederland. In Overijssel is dit percentage het laagst, met bijna 13 procent. Deze regionale verschillen kunnen worden toegeschreven aan factoren zoals bevolkingsdichtheid, economische voorwaarden, en sociale structuren.
Zuid-Holland en Noord-Holland bevatten samen het grootste deel van de gezinnen met kinderen van 2 tot 6 jaar. Deze regio’s zijn de meest bevolkte delen van Nederland en bieden veel faciliteiten voor jonge gezinnen, zoals kinderopvang, scholen, en recreatiegebieden. Dit maakt ze aantrekkelijk voor gezinnen die met jonge kinderen in Nederland wonen.
In 2024 zijn de cijfers per regio als volgt verdeeld:
Provincie | Percentage eenoudergezinnen |
---|---|
Flevoland | 19% |
Overijssel | 13% |
Zuid-Holland | 16% |
Noord-Holland | 15% |
Groningen | 14% |
Deze tabel toont aan dat de verdeling van eenoudergezinnen per regio aanzienlijk varieert, wat wijst op de invloed van regionale factoren op de samenstelling van gezinnen.
De gemiddelde leeftijd waarop vrouwen voor het eerst moeder worden is in 2024 toegenomen tot 30,4 jaar, ten opzichte van 30,3 jaar in 2023. Dit suggereert dat jongeren later kinderen krijgen, wat kan worden toegeschreven aan factoren zoals educatie, carrière, en sociale trends.
Het aantal kinderen per vrouw is gedaald van 1,68 in 2014 naar 1,43 in 2024. Deze daling is een aanhoudende trend in de afgelopen jaren en wijst op een verandering in de gezinsvorming. Terwijl het aantal gezinnen met meerdere kinderen is toegenomen, is het gemiddeld aantal kinderen per gezin gedaald. Dit suggereert dat er meer gezinnen zijn, maar dat deze gezinnen kleiner zijn.
De gemiddelde leeftijd waarop kinderen naar school gaan is 4 jaar. Deze trend is stabiel geweest in de afgelopen jaren, hoewel er sprake is van een lichte toename in het aantal kinderen dat op een jongere leeftijd begint met de basisschool. Deze verandering kan worden toegeschreven aan de toegang tot kinderopvang en de wensen van ouders om kinderen vroeger te onderwijzen.
Van de ruim 18 miljoen Nederlanders is op 1 januari 2025 ruim 4,9 miljoen jonger dan 25 jaar. Dit komt neer op ruim 27 procent van de bevolking. In de jaren zestig lag het aandeel jongeren nog rond de 45 procent, wat een aanzienlijke daling is in de afgelopen decennia.
De verdeling van de jeugd per leeftijdsgroep is als volgt:
Leeftijdsgroep | Aantal (2025) | Percentage van alle jongeren |
---|---|---|
0-5 jaar | 858.425 | 18% |
5-10 jaar | 893.434 | 18% |
10-15 jaar | 946.675 | 19% |
15-20 jaar | 1.020.947 | 21% |
20-25 jaar | 1.184.576 | 24% |
Deze cijfers tonen aan dat de leeftijdssamenstelling van de jeugd in Nederland relatief gelijk is, met een licht toegenomen aandeel van jongvolwassenen in de 20-25 leeftijdscategorie. Deze groep is het grootste deel van de jeugd in Nederland en speelt een belangrijke rol in de maatschappij.
De gezinsvorming in Nederland is veranderd in de afgelopen jaren, met een toename van eenoudergezinnen en ongehuwde paren met kinderen. Het aantal gezinnen met kinderen is stabiel gebleven, met een gemiddeld van 1,7 kinderen per gezin. De verdeling van gezinnen varieert per regio, waarbij stedelijke gebieden zoals Zuid- en Noord-Holland het grootste deel van de gezinnen met jonge kinderen bevatten. De leeftijd waarop vrouwen moeder worden is toegenomen, terwijl het aantal kinderen per vrouw is gedaald. Deze trends tonen aan dat de samenstelling van gezinnen in Nederland zich blijft ontwikkelen, onder invloed van maatschappelijke en demografische veranderingen.