Ontdek de mooiste plekken in Noord-Ierland: Reizen, wandelen en bezienswaardigheden
juli 17, 2025
Nederland is in de afgelopen jaren een sterk land geworden in de wereld van handbal. De prestaties van zowel de mannen- als vrouwenploeg op internationale toernooien tonen aan dat het land op handbalgebied steeds sterker wordt. Binnen dit land speelt ook de jeugdontwikkeling een cruciale rol in het opbouwen van deze groei. In dit artikel bespreken we enkele van de meest opvallende Nederlandse handballers, de talentontwikkeling in verschillende regio’s, en hoe deze ontwikkeling bijdraagt aan de groei van het handbal in Nederland.
Zuid-Limburg is een regio die zich als een handbalkloof binnen Nederland heeft bewezen. Het initiatief Top Handbal Zuid Limburg speelt hierin een centrale rol. In seizoen 2012–2013 werd duidelijk dat de talentontwikkeling in deze regio vruchten begon af te werpen. Het vlaggenschip van Top Handbal Zuid Limburg, Lions, bereikte zowel de bekerfinale als de finale om de landstitel. Deze prestaties werden gerealiseerd met jonge spelers die in de eigen regio zijn opgeleid.
Bijvoorbeeld, bij Oranje U19 werden Luc Steins en Serge Heinen in het All Star team gekozen. Bij Oranje U17 waren het Eligio Pepels en Rik Elissen. Deze selecties tonen aan dat Zuid-Limburg niet alleen een sterke basis heeft in de jeugd, maar dat deze talenten ook op nationaal niveau worden erkend.
Daarnaast viel op dat tijdens de afdelingskampioenschappen de meeste individuele prijzen gegaan waren aan spelers die gelieerd zijn aan Top Handbal Zuid Limburg. Zo werd Peter Kwant geselecteerd als beste keeper bij de afdelingsselecties jong en Ivar Stavast als beste speler. Bij de afdelingsselecties oud kreeg Rik Elissen de eer van beste speler. Ook in de Eredivisie waren er nominaties: Luuk Hoiting werd genoemd als beste keeper en Martijn Meijer als meest waardevolle speler.
De talentontwikkeling in Zuid-Limburg wordt gesteund door een duidelijke opleidingsvisie van Maurice Canton. Talenten beginnen hun opleiding bij hun basisvereniging en krijgen extra trainingen afhankelijk van hun leeftijdscategorie. De meest sterke jongeren schuiven door naar Lions 2, dat in de eerste divisie speelt. Diegenen die het niet helemaal halen blijven actief in de hoofdklasse of in hun jeugddivisie.
De Nederlandse handbalmannen hebben in de afgelopen jaren bewezen dat ze op het hoogste internationale niveau kunnen meedoen. Ze kwalificeerden zich voor grote toernooien zoals het wereldkampioenschap in 1961 en 2023 (via een wildcard), en voor de laatste drie edities van het Europees kampioenschap: EK 2020, EK 2022 en EK 2024.
Hoewel de ploeg op dit moment nog niet aan de top van de wereld staat, zoals bijvoorbeeld Denemarken of Frankrijk, wordt duidelijk dat Nederland steeds sterker wordt. De ploeg is in de afgelopen jaren geëvolueerd van een land dat vooral in de jeugdcompetities goed scoort, naar een nationale ploeg die in internationale toernooien beter wordt geplaatst.
Bijvoorbeeld, in 2023 kreeg de ploeg een wildcard voor het wereldkampioenschap in Polen en Zweden. Deze kans benutten ze om zich op te werpen als een serieuze tegenstander op internationaal niveau. In tegenstelling tot sommige landen die al jaren in het wereldtopje staan, is Nederland nog in opbouw, maar de voortgang is merkbaar.
Hoewel het land als geheel nog opbouwt, zijn er binnen de ploeg individuen die zich als sterke handballers onderscheiden. Naamgevingen zoals Luc Steins, die door de bondscoaches gekozen werd als "talent van het jaar", geven aan dat er jonge spelers zijn die op internationaal niveau kunnen meekwalificeren.
De prestaties van individuen zoals Luc Steins, Serge Heinen, Eligio Pepels, en Rik Elissen tonen aan dat Nederlandse jeugdtalenten zich steeds meer opbouwen tot nationale spelers. De combinatie van sterke basisopleiding en toegang tot nationale en internationale selecties geeft hoop dat de ploeg zich binnen de komende jaren op het wereldtopje zal bewegen.
In tegenstelling tot de mannenploeg, staat de Nederlandse vrouwenhandbalploeg al jaren in het wereldtopje. Sinds 2015 behaalt de ploeg bijna elk groot internationaal toernooi minstens de halve finale. Het hoogtepunt kwam in 2019 op het wereldkampioenschap in Japan, waar de ploeg de finale bereikte en Spanje versloeg om de gouden medaille te winnen.
De prestaties van de vrouwen zijn niet alleen op grote toernooien merkbaar. In de Olympische Spelen behaalt de ploeg regelmatig een plek in de eindronde, en de ploeg is een vaste waarheid op Europees niveau. De selectie is sterk en consistent, wat te danken is aan de sterke basisontwikkeling en het professionele niveau van de vrouwen in Nederland.
De ploeg wordt momenteel geleid door bondscoach Per Johansson, die zijn definitieve selectie voor de Olympische Spelen 2024 heeft bekendgemaakt. De ploeg reist naar Parijs met de ambitie om zich verder te ontwikkelen en een medaille te winnen.
Talenten zoals Laura van der Heijden, die na bijna 300 interlands haar interlandcarrière heeft beëindigd, hebben de ploeg gedragen met betrouwbare prestaties. Andere handbalsters, zoals Lois Abbingh, die de Nederlandse vlag droeg tijdens de openingsceremonie van de Olympische Spelen in Parijs 2024, zijn prominente figuren in de ploeg.
De ploeg maakt gebruik van zowel ervaren internationals als jonge talenten die zich snel opbouwen tot nationale sterren. De samenwerking tussen clubs, bondscoach en selectieprocedure garandeert dat de ploeg zich constant op het hoogste niveau houdt.
Naast regionale initiatieven zoals Top Handbal Zuid Limburg, zijn er ook andere handbalscholen in Nederland die een belangrijke rol spelen in de ontwikkeling van jong talent. HandbalSchool Twente en HandbalSchool Utrecht zijn voorbeelden van scholen die zich richten op de opleiding van jonge handballers.
HandbalSchool Twente heeft als doel niet alleen handbaltalenten op te leiden, maar ook de sport als geheel te stimuleren, zowel lokaal als nationaal. De school heeft een duidelijke missie en visie, waarbij de nadruk ligt op het bereiken van persoonlijke doelen, het maken van fouten en het werken in een veilige omgeving.
De scholen werken met een allround opleiding en organiseren trainingen voor verschillende leeftijdscategorieën. De scholen hebben ook een samenwerking met merken zoals STANNO, om een herkenbare kledinglijn te ontwikkelen voor de deelnemers. De trainers zijn ervaren en werken nauw samen met de jeugdspelers om hun vaardigheden te verbeteren.
In Utrecht is HandbalSchool Utrecht gevestigd, die zich richt op handballers van 9 tot 18 jaar. De school biedt extra trainingen op zaterdag en maandag- of woensdagmiddag voor de meest sterke spelers. De trainingen zijn opgebouwd rond de vier pijlers van het NHV (Nederlandse Handbal Vereniging): techniek, tactiek, fysiek en prestatiegedrag.
De missie van de school is om jonge handballers te stimuleren tot verdere groei, zowel qua vaardigheden als qua plezier in de sport. Hierbij wordt er ook aandacht besteed aan het leren spelen met andere jongeren dan in hun eigen vereniging, wat belangrijk is voor het opbouwen van een breed handbalnetwerk in Nederland.
Naast de scholen en bondsselecties, spelen ook lokale clubs een belangrijke rol in de handbalontwikkeling in Nederland. Clubs zoals Auto Smeeing/BDC in Soest en andere regionale verenigingen zorgen ervoor dat jongeren en volwassenen beide de kans krijgen om handbal te spelen.
Auto Smeeing/BDC is een club die zich richt op zowel topsport als bredesport. Ze bieden trainingen in alle leeftijdscategorieën en organiseren regelmatig wedstrijden op zondag. De club heeft ook een rijke geschiedenis, met een landskampioenschap in de jaren ’70. Momenteel draait het herenteam al jaren op een van de hoogste niveaus in Nederland.
Voor jonge kinderen van 3 tot 6 jaar organiseren ze mini-instuif ochtenden, waar kinderen voor het eerst kennismaken met handbal. Deze initiatieven zijn belangrijk om jongeren vroegtijdig betrokken te maken bij de sport en om interesse te wekken voor handbal op een vroeg stadium.
Nederland is in de afgelopen jaren een sterker land geworden in de wereld van handbal. Zowel de mannen- als vrouwenploeg behaalt steeds betere resultaten op internationale toernooien. Deze groei is te danken aan een sterke basisontwikkeling in verschillende regio’s, zoals Zuid-Limburg, Twente en Utrecht, waar jonge talenten worden opgeleid en gesteund.
De selecties zoals Oranje U19 en Oranje U17 tonen aan dat Nederlandse jongeren zich steeds sterker opbouwen tot nationale en internationale spelers. Clubs en handbalscholen spelen een cruciale rol in deze ontwikkeling, en initiatieven zoals mini-instuif ochtenden en extra trainingen zorgen ervoor dat jongeren vroegtijdig betrokken raken bij de sport.
Zowel op het niveau van individuele spelers als op het niveau van het land als geheel is duidelijk dat Nederland in de handbalwereld steeds beter wordt. Met het juiste aanbod, steun en visie voor de toekomst, is het waarschijnlijk dat Nederland zich binnen de komende jaren op het wereldtopje van het handbal zullen bewegen.