De mooiste Airbnbs in de Nederlandse natuur voor een uniek verblijf
juli 14, 2025
De toegankelijkheid van mondzorg in Nederland lijkt in de afgelopen jaren fors te zijn afgenomen. Dit fenomeen zorgt voor zorgen bij experts in het veld, zoals decaan Albert Feilzer van het Academisch Centrum Tandheelkunde in Amsterdam (ACTA), die als grootste academische opleiding op het gebied van tandheelkunde in Nederland fungeert. De problematiek is niet beperkt tot één bevolkingsgroep, maar betreft onder andere kinderen, jongeren, volwassenen en ouderen. In dit artikel wordt ingegaan op de oorzaken, gevolgen en mogelijke oplossingen voor de toenemende ontoegankelijkheid van mondzorg in Nederland, gebaseerd op feiten uit recente publicaties en uitspraken van betrokken partijen.
Een van de belangrijkste oorzaken van de toenemende ontoegankelijkheid van mondzorg is het huidige verzekeringsstelsel. Volgens de informatie uit de bronnen is mondzorg voor volwassenen en ouderen nauwelijks opgenomen in het basispakket van zorgverzekeringen. Hierdoor moet een groot deel van de bevolking extra verzekeringen afsluiten, wat niet alleen extra kosten oplevert, maar ook een barrière vormt voor mensen met een beperkte draagkracht.
In een brief die Albert Feilzer van het ACTA heeft gestuurd aan de Eerste en Tweede Kamer, wordt gewaarschuwd voor de gevolgen van dit systeem. Er wordt opgemerkt dat steeds meer Nederlanders helemaal niet meer naar de tandarts gaan of na een bezoek de behandeling uitstellen. Deze tendens leidt tot een verder afnemende toegankelijkheid van mondzorg, wat op de lange termijn de gezondheid van de bevolking negatief kan beïnvloeden.
Hoewel kinderen tot 18 jaar in theorie wel mondzorg uit het basispakket kunnen krijgen, blijkt uit de bronnen dat veel jongeren niet naar de tandarts gaan. Dit fenomeen is vooral zorgwekkend, omdat vroegtijdige mondzorg belangrijk is voor het voorkomen van gezondheidsproblemen later in het leven. Er wordt gesuggereerd dat ouders en verzorgers niet voldoende bewust worden gemaakt van de betekenis van regelmatige bezoeken bij de tandarts voor kinderen. Bovendien kan het ontbreken van een positieve ervaring bij de tandarts in de kindertijd ervoor zorgen dat jongeren later zelf ook niet meer naar de tandarts willen.
Een andere bevolkingsgroep die volgens de bronnen van mondzorgproblemen lijdt, zijn ouderen. Ouderen bezoeken de tandarts steeds minder vaak, zowel vanwege financiële redenen als door een afname van mobiliteit. De kosten van mondzorg zijn voor deze groep vaak niet of nauwelijks dekbaar uit de basisverzekering, waardoor veel ouderen geen regelmatige controle laten uitvoeren. Dit kan leiden tot verergering van bestaande mondproblemen en een afname van de algehele gezondheid.
Een verder probleem dat bijdraagt aan de toenemende ontoegankelijkheid van mondzorg is het tekort aan tandartsen. In sommige regio’s is sprake van een al langer bestaand gebrek aan tandartspraktijken. Dit gebrek wordt nog versterkt door het feit dat steeds meer tandartsen met pensioen gaan, terwijl het aantal nieuwe tandartsen dat wordt opgeleid kleiner is dan het aantal dat het vak verlaat. Dit leidt tot wachttijden en beperkte toegang tot mondzorg, vooral in regio’s met een lage dichtheid van tandartsen.
Volgens de bronnen is er ook sprake van spanningen tussen de tandartsbranche en het ministerie van Volksgezondheid. De relatie is gedeeltelijk verstoord door een experiment dat minister Bruins voor Medische Zorg heeft voorgesteld. In dit experiment zou het mogelijk worden voor mondhygiënisten om bepaalde tandheelkundige behandelingen uit te voeren. Hoewel dit mogelijk kan helpen bij het oplossen van het tandartsgebrek, is er bezorgdheid dat het experiment de samenwerking tussen het ministerie en tandartsorganisaties verder verstoort.
Het ACTA roept in zijn brief aan de Eerste en Tweede Kamer op om dit experiment voorlopig op te schorten en in plaats daarvan te focussen op maatregelen die direct het tandartsgebrek en de ontoegankelijkheid van mondzorg kunnen verminderen. Daarnaast stelt het ACTA voor om het aantal opleidingsplaatsen voor tandheelkunde te verhogen, zodat meer tandartsen worden opgeleid en het tekort op lange termijn kan worden opgelost.
De toenemende ontoegankelijkheid van mondzorg heeft op lange termijn negatieve gevolgen voor de gezondheid van de Nederlandse bevolking. Zoals uit de bronnen blijkt, is er een duidelijke link tussen mondhygiëne en de gezondheid van het hart, de bloedvaten en mensen met diabetes. Een slechte mondhygiëne kan dus leiden tot ernstigere gezondheidsproblemen, die in de toekomst aanzienlijk duurder zijn voor de zorgsector.
Daarnaast leidt het fenomeen van mondzorgmijding tot verhoogde kosten op lange termijn. Als mensen vroegtijdig mondzorg ontbreken, kunnen kleine problemen zich ontwikkelen tot grotere, duurdere behandelingen. Dit is niet alleen een financieel probleem voor de individuen zelf, maar ook voor de zorgverzekeraars en het land als geheel.
Om de toegankelijkheid van mondzorg in Nederland te verbeteren, zijn meerdere maatregelen voorhanden. De volgende oplossingen worden in de bronnen genoemd en kunnen een rol spelen bij het verbeteren van de mondzorgtoegankelijkheid:
Verbetering van het verzekeringsstelsel: De mondzorg voor volwassenen en ouderen moet beter in het basispakket van zorgverzekeringen worden opgenomen. Dit zou het aantal mensen dat niet naar de tandarts gaat, kunnen verminderen.
Uitbreiding van het aantal tandartsen: Door het aantal opleidingsplaatsen voor tandheelkunde te verhogen, kan het tekort aan tandartsen op lange termijn worden opgelost.
Verhogen van de bewustwording van ouders en jongeren: Het is belangrijk om ouders en jongeren bewust te maken van de betekenis van regelmatige tandartsbezoeken voor de mond- en algemene gezondheid. Dit kan door campagnes, educatieve programma’s en betere informatie via sociale media en scholen.
Versterking van de samenwerking tussen het ministerie en tandartsorganisaties: Het experiment met mondhygiënisten moet eerst worden geëvalueerd en eventueel aangepast, zodat het de tandartsbranche helpt in plaats van dat het spanningen verder verergt.
De toegankelijkheid van mondzorg in Nederland is momenteel op de toonbank. Het huidige verzekeringsstelsel maakt het voor veel mensen onmogelijk om regelmatig naar de tandarts te gaan, wat leidt tot slechtere mondhygiëne en langdurigere gezondheidsproblemen. Daarnaast is er een tekort aan tandartsen, wat de toegankelijkheid verder beperkt. Kinderen en jongeren vallen vooral in het oog, omdat zij hoewel verzekerd vaak niet naar de tandarts gaan. Ouderen lijden aan vergelijkbare problemen, maar dan op grond van zowel financiële als fysieke beperkingen.
Om de mondzorgtoegankelijkheid in Nederland te verbeteren, zijn duidelijke maatregelen nodig. De samenwerking tussen de tandartsbranche en het ministerie van Volksgezondheid moet worden versterkt, het aantal tandartsen moet worden uitgebreid en het verzekeringsstelsel moet worden aangepast zodat mondzorg voor alle bevolkingsgroepen beter dekbaar is. De gezondheid van de Nederlandse bevolking hangt erop af dat deze maatregelen snel worden genomen.