MKB-Gids in Nederland: Belangrijk Hulpmiddel of Risico op Oplichting?
juli 14, 2025
In Nederland zijn steden en gemeenten niet alleen gekend om hun historie of landschap, maar ook om hun ambities en het woon- en leefklimaat voor inwoners en bezoekers. In de discussies en data die in dit artikel worden geanalyseerd, wordt duidelijk dat ook sommige steden of gemeenten worden gezien als minder aantrekkelijk of zelfs deprimerend. Dit kan door diverse factoren zijn, zoals ontbrekende sfeer, infrastructuur, sociale dynamiek of zelfs de naam van de gemeente. In dit artikel wordt ingegaan op welke steden en gemeenten als de deprimerendste worden gezien, waarom dat zo is, en wat de data daarover zegt.
Zoetermeer komt regelmatig ter sprake in de discussies als een van de deprimerende steden in Nederland. In de bronnen wordt de stad beschreven als een "dodelijk saaie, volledig op een inspiratieloze manier aangelegde slaapstad". Volgens een gebruiker heeft de stad "geen ziel, geen sfeer", waarbij ook sprake is van een slecht OV-systeem, een onfrisse lucht en moeilijk parkeren in bepaalde delen van de stad. De gebruiker benadrukt dat het een stadsgevoel ontbreekt en dat het vooral een logistieke en functionele aanpak had, zonder de warmte of het karakter van een dorp of stad.
Toch zijn er ook tegengeluiden. In een ander commentaar wordt aangevoerd dat Zoetermeer in feite "relatief minder paupers" telt dan steden als Den Haag, en dat het OV-systeem prima is. Ook wordt gezegd dat het parkeren in Zoetermeer goed is. Dit suggereert dat het beeld van Zoetermeer als deprimerend sterk afhankelijk is van de persoonlijke perceptie van bezoekers of inwoners.
Rotterdam is vaak genoemd in de context van deprimerende steden. In de discussies wordt de stad beschreven als "ziekelijk lelijk" en "een grote buitenwijk". Een gebruiker noemt het centrum van Rotterdam "een lelijke stad", met "kleine aidsgebouwen" en winkels die slechts "voor moeten stellen". Ook worden problemen genoemd met het OV-systeem, zoals late trams, bussen en metro's, en een algemeen beeld van "grof mismanagement" en "geen communicatie".
Toch zijn er ook positieve meningen. Een gebruiker benadrukt dat het OV-netwerk in Rotterdam in feite goed werkt en dat het netwerk eigenlijk tevredenstellend is. Ook in de gelukkigheidsdata uit bron 3 scoort Rotterdam als de minst gelukkige stad van Nederland, met een percentage van bijna 18% inwoners die niet gelukkig zijn. Dit zou kunnen wijzen op een combinatie van sociaal-culturele en economische factoren die de stad als deprimerend ervaren worden door sommigen.
In de discussies wordt Almere genoemd als een deprimerende stad. Een gebruiker noemt het een "magehucht" en benadrukt dat het een mix is van "corrupt ziekenhuis, ineffectief OV-systeem, oneerlijke politici, weglopende wonderkinderen, laagopgeleide plebejers en drie falende voetbalclubs". Dit suggereert dat de stad niet alleen infrastructuurproblemen heeft, maar ook sociale spanningen of een beeld dat het woon- en leefklimaat minder aantrekkelijk maakt.
Almere is een stad die sterk is gegroeid na de stichting in de jaren zestig. Het is een stad die vaak wordt gezien als een modern en functioneel woonsted, maar zonder een sterk historisch of cultureel karakter. In de ogen van sommigen ontbreekt er dus de "ziel" of het "gevoel van stad".
In de gelukkigheidsdata uit bron 3 scoort Heerlen en Sittard-Geleen onder de tien minst gelukkige gemeenten van Nederland. Heerlen scoort op de zesde plek van de minst gelukkige gemeenten, wat betekent dat het relatief veel inwoners telt die niet gelukkig zijn. In de discussies wordt Heerlen echter tegengeluiden gegeven. Een gebruiker benadrukt dat hij al 19 jaar in Heerlen woont en dat hij het daar met veel plezier doet. Hij omschrijft het als een "oase van groen" met "de mooiste hellingbossen van Nederland". Dit suggereert dat het beeld van Heerlen als deprimerend sterk afhankelijk is van individuele ervaringen.
Sittard-Geleen scoort als de zevende minst gelukkige gemeente in Nederland. Hoewel er geen directe commentaren zijn over Sittard-Geleen in de discussies, kan het zijn dat het beeld van deze gemeente in het Limburgse stadsgevoel en economische omstandigheden ligt.
Den Haag en Amsterdam komen ook ter sprake in de gelukkigheidsdata. Den Haag scoort als de zevende minst gelukkige gemeente, terwijl Amsterdam op de tweede plek staat. In de discussies wordt Den Haag vaak genoemd als een "lelijke stad" en wordt Amsterdam beschouwd als een stad met "veel armoede en sociale spanningen". Toch zijn er ook commentaren die Amsterdam en Alkmaar als "mooie en gezellige" steden beschrijven.
De data uit bron 3 toont aan dat in Amsterdam bijna één op de vijf inwoners niet gelukkig is. Dit kan te maken hebben met de hoge druk in de stad, de economische ongelijkheid, of het gebrek aan ruimte. Den Haag scoort licht beter, maar toch slechter dan veel andere steden in Nederland.
Niet alleen steden, maar ook buurtschappen worden vaak gezien als deprimerend. In bron 2 worden meerdere buurtschappen genoemd die opvallen door hun deprimerende namen. Zo zijn er buurtschappen genaamd "Duistere Steeg", "Achtereind", "De Hel", "Ziek", en "Boerengat".
De buurtschap "De Hel" is een duidelijk voorbeeld van een deprimerende naam. Volgens de bron is "De Hel" gelegen in de gemeente Súdwest-Fryslân en was de naam eerst "De Grote Hel" of "De Rode Hel". De oorsprong van de naam is vermoedelijk verband met turfdroging, en niet met heidenen of de hel zoals sommigen denken. Toch is de naam onmiskenbaar deprimerend, en wordt het vaak gebruikt als een ironische of humoristische opmerking.
Andere deprimerende namen zijn "Boerengat" en "Tranendal". Deze namen suggereren direct een beeld van een minder aantrekkelijke of sombere buurtschap. Hoewel het niet duidelijk is of deze buurtschappen daadwerkelijk deprimerend zijn, is de naam in ieder geval een sterk signaal.
De gelukkigheidsdata uit bron 3 toont aan dat deprimerende steden vaak ook sociaal en economisch minder gunstig liggen. Zo zijn er gemeenten met relatief veel werklozen, arbeidsongeschikten en inwoners met een migratieachtergrond. Dit beïnvloedt het woon- en leefklimaat van een gemeente en kan bijdragen aan het beeld van deprimerendheid.
De data laat ook zien dat "gelukkige gemeenten" meestal aantrekkelijke woonomgevingen hebben, waar relatief veel gezonde en werkende mensen wonen. In tegenstelling tot de minst gelukkige gemeenten, die vaak sociaal en economisch minder gunstig zijn, zijn de meest gelukkige gemeenten zoals Ede, Amersfoort en Alphen aan den Rijn gezien als gemeenten met een sterke economie, goede infrastructuur en een positief woonklimaat.
In de discussies en data is duidelijk te zien dat er verschillende steden en buurtschappen in Nederland worden gezien als deprimerend. Zoetermeer, Rotterdam, Almere, Heerlen, Sittard-Geleen, Den Haag en Amsterdam zijn vaak genoemd als steden zonder ziel of met problemen op het gebied van OV, sfeer of sociale dynamiek. Buurtschappen met deprimerende namen zoals "De Hel", "Duistere Steeg" en "Ziek" vormen ook een aparte categorie van minder aantrekkelijke locaties.
De gelukkigheidsdata uit bron 3 geeft een meer objectief beeld van het woon- en leefklimaat van gemeenten, waarbij Rotterdam en Amsterdam als de minst gelukkige steden worden genoemd. Dit suggereert dat deprimerende steden vaak ook sociaal en economisch minder gunstig liggen. De data laat ook zien dat gelukkige gemeenten meestal aantrekkelijke woonomgevingen hebben, waar relatief veel gezonde en werkende mensen wonen.
Het is belangrijk om te erkennen dat het beeld van deprimerende steden sterk afhankelijk is van de persoonlijke ervaringen en perceptie van bezoekers of inwoners. Niet iedereen die in een deprimerende stad woont, ervaart het daar als deprimerend. Het is dus belangrijk om de data en discussies te interpreteren met voorzichtigheid en context.